
Beniamino Kard. Stella - 29 juni 2020
De leer over het diaconaat is in de loop der eeuwen sterk geëvolueerd. Het opnieuw bespreken van het diaconaat tijdens het Tweede Vaticaanse Concilie leidde o.a. tot een doctrinaire verduidelijking en tot een uitbreiding van de officiële functies. Het concilie ‘beperkt’ het diaconaat niet alleen tot caritatief dienstbetoon of –zoals het Concilie van Trente het bepaalde –tot een wijding onderweg naar het priesterschap, bijna uitsluitend in dienst van de liturgie. Integendeel, het Tweede Vaticaanse Concilie bepaalt dat het een wijding is. Daarom
"moeten zij, gesterkt door de sacramenten, in de ‘diaconie’ van de liturgie, van het woord en van de liefde, in gemeenschap met de bisschop en zijn priesters, ten dienste staan van het volk Gods." 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 29
De postconciliaire reflectie herneemt wat door 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Lumen Gentium
Over de Kerk
(21 november 1964) is uitgewerkt en verheldert het ambt van diaken verder als een deelname aan het sacrament van de Heilige Orde, zij het in een andere mate. In een audiëntie met de deelnemers aan het Internationale Congres over het Diaconaat, onderstreepte Paulus VI opnieuw dat het diaconaat de christelijke gemeenschappen dient
"zowel bij het verkondigen van het woord van God, als bij het toedienen van de sacramenten en bij het beoefenen van de naastenliefde." H. Paus Paulus VI, Toespraak, Tot de deelnemers aan het Internationaal Congres over het Diaconaat (25 okt 1965)
Hoewel het erop lijkt dat volgens de Handelingen van de Apostelen (Hand. 6, 1-6) de zeven verkozen mannen uitsluitend voor de maaltijden moesten zorgen, meldt hetzelfde Bijbelse boek daarentegen dat Stefanus en Filippus zich volledig toelegden op de ‘dienst van het Woord’. Als medewerkers van de Twaalf en van Paulus situeert hun bediening zich op tweeërlei vlak: de evangelisatie en de naastenliefde.
Daarom kunnen veel kerkelijke functies aaneen diaken toevertrouwd worden, namelijk alle taken die niet de volledige zielzorg met zich meebrengen. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 150 Het Wetboek
Codex Iuris Canonici
Codex van het Canonieke recht
(25 januari 1983) bepaalt welke taken bestemd zijn voor priesters en welke aan leken toevertrouwd kunnen worden, maar er is geen enkele indicatie van een of andere bijzondere dienst waarin het ambt van diaken een specifieke uitdrukking kan vinden.