Paus Franciscus - 4 oktober 2020
De Kerk is geroepen om in alle uithoeken van de wereld gestalte te krijgen. Zij is door de eeuwen heen aanwezig op praktisch elke plaats – dit is wat ‘katholiek’ nu eenmaal betekent. Zo kan ze, vanuit haar eigen ervaring van genade en zonde, de schoonheid van de uitnodiging tot universele liefde begrijpen. Want
"alles wat menselijk is, is onze zorg. [...] Overal waar mensen samenkomen om rechten en plichten van de mens op te stellen, zijn we vereerd als ze ons in hun midden toelaten." H. Paus Paulus VI, Encycliek, Over de Kerk, Ecclesiam Suam (6 aug 1964), 101
Voor veel Christenen heeft die weg van broederlijkheid ook een Moeder, genaamd Maria. Zij ontving dit universele moederschap aan de voet van het kruis Vgl. Joh. 19, 26 en haar liefdevolle zorg gaat niet alleen uit naar Jezus, maar ook naar "haar overige kinderen". (Openb. 12, 17). Gesterkt door de kracht van de Verrezene, wil ze een nieuwe wereld baren waar we allemaal broeders zijn, waar er plaats is voor al wie uit onze samenlevingen wordt gesloten, waar gerechtigheid en vrede zullen schitteren.