• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

Er bestaat namelijk tussen de afzonderlijke kerken een ontologische verhouding van wederkerige insluiting: elke particuliere Kerk is als verwezenlijking van de ene Kerk van Christus, op een of andere manier aanwezig in alle particuliere kerken, 'in en door hen bestaat de éne en enige katholieke kerk' 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 23 Deze ontologische verhouding moet op het dynamische vlak van het concrete leven tot uiting komen, indien de christelijke gemeenschap niet in tegenspraak wil komen met zichzelf: de kerkelijke grondkeuzen van de gelovigen van de ene gemeenschap moeten in overeenstemming gebracht kunnen worden met die van de gelovigen van de andere gemeenschappen, om aldus die gemeenschap van geest en hart mogelijk te maken waarvoor Christus tijdens het laatste avondmaal bad: 'Opdat allen één mogen zijn zoals Gij, Vader, in Mij en Ik in U ... opdat zij volmaakt één zijn' (Joh. 17, 21.23).

Een bijzondere verplichting van de Apostolische Stoel bestaat juist in het dienen van deze universele eenheid. Daarin bestaat zelfs het bijzondere ambt en, mogen we zeggen, het charisma van Petrus en van zijn opvolgers. Zei Christus soms niet tot hem vóór de donkere nacht van het verraad: 'Ik heb voor u gebeden dat uw geloof niet zou bezwijken. Wanneer ge eenmaal tot inkeer gekomen zijt, versterk dan op uw beurt uw broeders' (Lc. 22, 32)? Hij is namelijk de 'steenrots' waarop Christus zijn Kerk heeft willen bouwen Vgl. Mt. 16, 18 ; en juist van het fundament wordt de hechte duurzaamheid van heel het gebouw verwacht. Daarom liet Jezus na de verrijzenis aan Petrus in een emotioneel geladen gesprek de bindende instructie na: 'Weid mijn lammeren ... Weid mijn schapen' (Joh. 21, 15-17). De enige opperherder is ongetwijfeld het mensgeworden Woord, Christus de Heer. De Paus maakt zich daarom met spontane geestdrift de woorden van de heilige Augustinus tot de zijne: 'Voor u zijn wij herders, maar onder die Herder zijn wij met u schapen... Vanaf deze plaats zijn wij voor u leraren, maar onder die ene Leermeester zijn wij met u in deze school medeleerlingen.' H. Augustinus, Enarrationes in Psalmos. Ps. 126, 3 Dat neemt evenwel niet weg, dat iedereen in de Kerk zijn bijzondere taak heeft, waarvan hij op een dag aan Christus zelf rekenschap zal moeten geven. In de loop van de eeuwen hebben de Pausen sterk de verantwoordelijkheid gevoeld voor de dienst aan de katholieke eenheid welke hen werd toevertrouwd en hebben zij op velerlei wijze gezocht daarin te voorzien door zich ook te omringen met ervaren medewerkers om beter te velerlei opdrachten van het ambt het hoofd te kunnen bieden.

Kort geleden heeft men in antwoord op de suggesties van de concilievergadering de curie willen 'internationaliseren', opdat de aanwezigheid van functionarissen afkomstig uit de verschillende delen van de wereld de dialoog zou vergemakkelijken met de kerken die op de verschillende continenten bestaan. Vanmorgen heb ik het genoegen een uitgelezen vertegenwoordiging te ontmoeten van de organismen waaruit de Romeinse curie is samengesteld. Ik maak graag van de gelegenheid gebruik, zeergeliefde broeders in Christus, om u mijn waardering uit te spreken en u te danken voor de deskundige medewerking welke u mij edelmoedig verleent bij de dagelijkse vervulling van de opdrachten die eigen zijn aan mijn bediening. U beleeft met mij de 'zorg voor alle kerken' welke de 'dagelijkse last' vormde voor de apostel Paulus. Vgl. 2 Kor. 11, 28 Ze vormt ook de dagelijkse last van iedere Paus. Aan de opvolgers van Petrus komt het namelijk toe zo te handelen, dat die 'gaven' naar het centrum van de Kerk kunnen samenvloeien, waarop de 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Lumen Gentium
Over de Kerk
(21 november 1964)
zinspeelt, en aan hen komt het ook toe ervoor te zorgen dat die zelfde 'gaven' in onderlinge vergelijking verrijkt, kunnen terugvloeien naar de verschillende ledematen van het mystiek lichaam van Christus om er nieuwe aanzetten van ijver en leven aan te geven. Er bestaan gewone middelen om deze apostolische verplichting na te komen en daaronder vallen de bezoeken 'ad limina': in de loop van dit jaar heb ik het genoegen gehad de bisschoppenconferenties te ontvangen van Costa Rica, de Pacific, El Salvador, Taiwan, Togo, Lesotho, Peru, Griekenland, Sri Lanka, Venezuela, Argentinië, Chili, Equatoriaal Guinea, de Antillen, Bolivia en Paraguay.

Er bestaan ook buitengewone middelen, waaronder de bezoeken van de Paus aan de particuliere kerken op de verschillende continenten en de pelgrimages daarheen bijzonder doeltreffend zijn gebleken. Mij staat altijd levendig de dankbare herinnering aan de apostolische reis voor de geest, welke ik in begin mei heb gemaakt naar Korea, Papua Nieuw Guinea, de Solomon Eilanden en Thailand om de zorgen en verwachtingen van de jonge en veelbelovende kerken van die landen te delen. Betekenisvol was ook de reis welke mij in de maand juni naar Zwitserland bracht, welke mij de gelegenheid gaf de gemeenschapsbanden van de zetel van Rome met de edele kerken van die natie te versterken. Onvergetelijk blijven ook de beleefde emoties tijdens de reis in Canada, in contact met mensen die hun geloof beleven te midden van een hoogontwikkelde samenleving of met mensen die de evangelische boodschap ontvingen in de samenhang van de oude inheemse beschavingen. Belangrijk was tenslotte, ook al was het snel, de reis van half oktober, waarmee ik, met aandoen van Spanje, naar Santo Domingo ben gegaan, dat wil zeggen het land van waaruit bijna vijf eeuwen geleden de evangelisatie zich in de nieuwe wereld verbreidde. Bij die gelegenheid heb ik bovendien de bevolking van Puerto Rico kunnen ontmoeten.

Ik herinner me met vreugde ook de pastorale bezoeken die ik in de loop van het jaar in Italië heb afgelegd, en dat wil zeggen naar Bari, Bitonto, Viterbo, Fano, Alatri en vervolgens in begin oktober naar de kerken van Calabrië, tot en met de pelgrimage van afgelopen november naar de plaatsen die gewijd zijn aan de herinnering van de heilige Carolus bij het vierde eeuwfeest van zijn dood. De Apostolische Stoel onderhoudt een dicht net van contacten met alle particuliere kerken in voortdurende bezorgdheid geen enkele 'gave van boven' Vgl. Jak. 1, 17 verloren te laten gaan, en tegelijk de onschatbare schat van de waarheid van God te beschermen met alles wat deze aan onvergankelijke waarde heeft voortgebracht in de vruchtbare grond van de christelijke generaties door de eeuwen heen. Geen bevooroordeelde afwijzing noch betreurenswaardige onwetendheid dus, maar voortdurende aandacht voor 'wat de Geest tot de kerken zegt' (Openb. 2, 7), opdat alles wat authentiek van Hem komt tot voordeel kan strekken van het hele geheel van het mystiek lichaam van Christus.

Document

Naam: "DOMINUS PROPE EST" - "DE HEER IS NABIJ" (FIL. 4, 5)
Tot de kardinalen en de leden van de Romeinse curie bij de uitwisselingen van de Kerstgroeten 1984
Soort: H. Paus Johannes Paulus II - Toespraak
Auteur: H. Paus Johannes Paulus II
Datum: 21 december 1984
Copyrights: © 1985, Archief van de Kerken
Bewerkt: 23 juni 2020

Referenties naar dit document

 
Geen dossiers gevonden!
 
Geen berichten gevonden!

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2025, Stg. InterKerk, Schiedam, test