26 oktober 2004
Echtelijke liefde staat door haar aard open voor het ontvangen van het leven. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 1652 De waardigheid van de menselijke persoon, geroepen om de goedheid en de vruchtbaarheid, die van God komen, te verkondigen, wordt duidelijk onthuld in de taak van de voortplanting: "Menselijk vader- en moederschap, hoewel ze biologisch gelijk zijn aan dat van andere wezens in de natuur, bevatten op een essentiële en uniek manier een 'gelijkenis' aan God, dat de basis vormt van het gezin als gemeenschap van menselijk leven, de gemeenschap van personen, verenigd in de liefde (communio personarum)". Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Brief aan de Gezinnen - Bij gelegenheid van het Internationaal Jaar van het Gezin, Gratissimam sane (2 feb 1994), 6
Voortplanting drukt de sociale subjectiviteit van het gezin uit en zet een dynamiek van liefde en solidariteit tussen de generaties in beweging waarop de samenleving is gebaseerd. Het is belangrijk om de sociale waarde te herontdekken van dat deel van het algemeen welzijn dat elk nieuw menselijk schepsel met zich meebrengt. Elk kind "wordt geschenk voor zijn broers, zussen, ouders en heel de familie. Zijn leven wordt geschenk voor degene die hem het leven hebben geschonken en die zijn aanwezigheid, het delen van hun gezamenlijk leven en zijn bijdrage aan hun algemeen welzijn en aan dat van de gemeenschap van het gezin wel moeten voelen". H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Brief aan de Gezinnen - Bij gelegenheid van het Internationaal Jaar van het Gezin, Gratissimam sane (2 feb 1994), 11
Het gezin, dat gebaseerd is op het huwelijk, is het heiligdom van het leven, "de plaats waarin het leven, een gave van God, op de juiste manier verwelkomd en beschermd kan worden tegen de vele aanvallen, waaraan het blootgesteld wordt en waarin het leven ontwikkeld kan worden in overeenstemming met wat authentieke menselijke groei betekent". H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 39 De rol van het gezin in de samenleving in het stimuleren en opbouwen van een cultuur van leven Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de waarde en de onaantastbaarheid van het menselijk leven, Evangelium Vitae (25 mrt 1995), 92 tegen "de mogelijkheid van een vernietigende 'antibeschaving', waarvan tegenwoordig zoveel trends en situaties getuigen", H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Brief aan de Gezinnen - Bij gelegenheid van het Internationaal Jaar van het Gezin, Gratissimam sane (2 feb 1994), 13 is beslissend en onvervangbaar.
Christelijke gezinnen hebben daarom dankzij het ontvangen sacrament, een speciale missie, die hen getuigen en verkondigers maakt van het evangelie van het leven. Deze inzet voor de maatschappij heeft een waarde van echt en moedig getuigenis. Daarom betekent "zich inzetten voor het evangelie van het leven" dat het gezin, in het bijzonder door het lidmaatschap van gezinsverenigingen, actief bijdraagt om te verzekeren dat wetten en staatsinstellingen op geen enkele manier het recht op leven van de conceptie tot de natuurlijke dood schenden, maar het beschermen en bevorderen". H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de waarde en de onaantastbaarheid van het menselijk leven, Evangelium Vitae (25 mrt 1995), 93
Wat betreft de "methoden" om met verantwoorde voortplanting om te gaan, zijn sterilisatie en abortus als eerste afgewezen als moreel ongeoorloofd. Vgl. H. Paus Paulus VI, Encycliek, Het menselijk leven en geboorteregelingen, Humanae Vitae (25 juli 1968), 14 Abortus in het bijzonder is een afschuwelijke misdaad en een zeer ernstige morele ongeregeldheid. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 51 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2271-2272 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Brief aan de Gezinnen - Bij gelegenheid van het Internationaal Jaar van het Gezin, Gratissimam sane (2 feb 1994), 21 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de waarde en de onaantastbaarheid van het menselijk leven, Evangelium Vitae (25 mrt 1995), 58.59.61-62 In plaats van een recht is abortus een triest fenomeen, dat in ernstige mate bijdraagt aan een mentaliteit tegen het leven, omdat het een gevaarlijke bedreiging vormt voor een juist en democratisch samenleven. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Brief aan de Gezinnen - Bij gelegenheid van het Internationaal Jaar van het Gezin, Gratissimam sane (2 feb 1994), 21 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de waarde en de onaantastbaarheid van het menselijk leven, Evangelium Vitae (25 mrt 1995), 72.101 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2273
Wat ook afgewezen wordt, is als men zijn toevlucht zoekt in anticonceptiva in al hun verschillende vormen. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 51 Vgl. H. Paus Paulus VI, Encycliek, Het menselijk leven en geboorteregelingen, Humanae Vitae (25 juli 1968), 14 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 32 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2370 Vgl. Paus Pius XI, Encycliek, Over het Christelijk huwelijk, met inachtneming der in gezin en maatschappij heersende toestanden, noden, dwalingen en misbruiken, Casti Connubii (31 dec 1930), 72-78 Deze afwijzing is gebaseerd op een juist en integraal begrip van de persoon en de menselijke seksualiteit Vgl. H. Paus Paulus VI, Encycliek, Het menselijk leven en geboorteregelingen, Humanae Vitae (25 juli 1968), 7 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 32 en vertegenwoordigt een morele oproep om de ware ontwikkeling van de volkeren te verdedigen. Vgl. H. Paus Paulus VI, Encycliek, Het menselijk leven en geboorteregelingen, Humanae Vitae (25 juli 1968), 17 Aan de andere kant is het vanwege dezelfde redenen van antropologische orde wel geoorloofd om zijn toevlucht te nemen tot periodieke onthouding tijdens de periode van vruchtbaarheid van de vrouw. Vgl. H. Paus Paulus VI, Encycliek, Het menselijk leven en geboorteregelingen, Humanae Vitae (25 juli 1968), 16 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 32 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2370 Het afwijzen van anticonceptie en het gebruiken van natuurlijke methoden voor geboortenregeling betekent dat men kiest voor wederzijds respect en totale acceptatie als basis voor de onderlinge verhouding tussen de echtgenoten, met positieve gevolgen voor het bevorderen van een menselijker orde in de samenleving.
De beoordeling van de tussentijd tussen de geboorten en het aantal kinderen ligt alleen bij het echtpaar. Het is een van hun onvervreemdbare rechten, die zij voor God uitoefenen met een gepaste inachtneming van hun verplichtingen jegens henzelf, de al geboren kinderen, hun gezin en de samenleving. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 50 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2368 Vgl. H. Paus Paulus VI, Encycliek, Over de ontwikkeling van de volken, Populorum Progressio (26 mrt 1967), 37 De inmenging van publieke autoriteiten binnen de grenzen van hun mogelijkheden om in informatie te voorzien en geschikte maatregelen te nemen op het gebied van demografie moet op zo´n manier worden gepleegd dat zij de personen en de vrijheid van het echtpaar volledig respecteert. Zulke inmenging mag nooit de eigen beslissingen vervangen. Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2372 Tevens moeten allerlei organisaties, die zich met dit gebied bezig houden, afzien van eenzelfde inmenging.
Alle programma’s van economische ondersteuning, die gericht zijn op het financieren van campagnes voor sterilisatie en anticonceptie, alsook het ondergeschikt maken van economische ondersteuning van zulke campagnes, worden moreel veroordeeld als aanvallen op de waardigheid van de persoon en het gezin. Het antwoord op vragen die met bevolkingsgroei te maken hebben moet in plaats daarvan gezocht worden in gelijktijdig respect voor zowel de seksuele moraal als de sociale ethiek, door een grotere rechtvaardigheid en een authentieke solidariteit te bevorderen zodat het leven in alle omstandigheden wordt gewaardeerd, te beginnen met economische, sociale en culturele condities.
Het verlangen om vader of moeder te worden rechtvaardigt geen enkel "recht op kinderen", aangezien de rechten van het ongeboren kind duidelijk zijn. Het ongeboren kind heeft recht op de best mogelijke condities van bestaan door de stabiliteit van een gezin dat gebaseerd is op het huwelijk tussen twee complementaire personen, dat wil zeggen een vader en een moeder. Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2378 De snelle ontwikkeling van onderzoek en technologische toepassing ervan op het gebied van voortplanting werpt nieuwe en delicate kwesties op, die de maatschappij en de normen, die het menselijke sociale leven regelen, aangaan.
Het moet worden herhaald dat de ethische onaanvaardbaarheid van alle voortplantingstechnieken, zoals sperma- of eiceldonatie, draagmoederschap, kunstmatige fertilisatie met behulp van een donor, die gebruik maken van de baarmoeder van een andere vrouw of de zaadcellen van een andere man dan de personen van het echtpaar, het recht van het kind schaden om geboren te worden uit één vader en één moeder, die ook de vader en de moeder zijn in zowel biologische als juridische zin. Eveneens zijn die methoden onaanvaardbaar, die de gemeenschapsdaad scheiden van de voortplantingsdaad door gebruik te maken van laboratoriumtechnieken zoals kunstmatige inseminatie of fertilisatie (met cellen van de vader en de moeder), zodat het kind meer als resultaat van een technologische daad dan als de natuurlijke vrucht van een menselijke daad, waarin er sprake is van de volledige en totale gave van het echtpaar, geboren wordt. Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Over het beginnend menselijk leven en waardigheid van de voortplanting, Donum Vitae (22 feb 1987), 15.16.18 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2376-2377 Wanneer wordt vermeden dat men zijn toevlucht neemt in zogenaamde "kunstmatige" voortplanting betekent dit dat men de integrale waardigheid van de menselijke persoon respecteert, zowel die in de ouders als die in de kinderen, die zij van plan zijn voort te brengen. Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Over het beginnend menselijk leven en waardigheid van de voortplanting, Donum Vitae (22 feb 1987), 20 Aan de andere kant zijn die methoden, die bedoeld zijn om assistentie te verlenen aan de huwelijksdaad of de effecten ervan, wel toegestaan. Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2375
Een kwestie van bijzondere sociale en culturele betekenis vandaag, vanwege de vele en ernstige morele implicaties, is het klonen van mensen. Deze term refereert an sich naar de reproduktie van een biologische entiteit die genetisch identiek is aan het organisme, waar het vandaan komt. In gedachten en in de experimentele praktijk heeft het echter verschillende betekenissen gekregen, die elk op hun beurt verschillende procedures met zich meebrengen, afhankelijk van de technieken die gebruikt worden of de doelen die men ermee beoogt te bereiken. De term kan worden gebruikt om te verwijzen naar het eenvoudige dupliceren van cellen of een deel van DNA. Maar vooral vandaag wordt de term gebruikt om te verwijzen naar de reproduktie van individuen in de embryonale fase met methoden, die anders zijn dan die van natuurlijke fertilisatie en wel op zo’n manier dat de nieuwe wezens genetisch identiek zijn aan het individu waar ze van af stammen. Dit type klonen kan een reproductief doel hebben, namelijk menselijke embryo’s produceren of een zogenaamd therapeutisch doel, namelijk opgezet om zulke embryo’s te gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek of preciezer gezegd voor de produktie van stamcellen.
Vanuit ethisch standpunt is de eenvoudige duplicatie van normale cellen of een deel van DNA geen speciaal probleem. Heel anders oordeelt de doctrine van de kerk over klonen in de letterlijke betekenis. Zulk klonen is tegenstrijdig met de waardigheid van de menselijke voortplanting, omdat het plaats vindt in totale afwezigheid van een daad van persoonlijke liefde tussen echtgenoten; het is reproduktie zonder voortplantingscellen (zaad- en eicel) en zonder seksualiteit. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Tot de deelnemers aan de Algemene vergadering van de Pauselijke Academie voor het Leven (21 feb 2004), 2 In de tweede plaats vertegenwoordigt deze vorm van reproduktie een vorm van totale overheersing over de geproduceerde persoon door degene die produceert. Het feit dat klonen gebruikt wordt om embryo’s te creëren, waarvan cellen worden verwijderd voor therapeutisch gebruik verzacht niet de morele ernst, omdat voor het verwijderen van die cellen eerst een embryo gemaakt en daarna vernietigd moet worden. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, 18e Internationale Congres van het Transplantatie Genootschap, Orgaantransplantatie (29 aug 2000), 8
Ouders, als dienaars van het leven, mogen niet vergeten dat aan het spirituele aspect van voortplanting meer aandacht moet worden geschonken dan aan welk ander aspect ook: "Vader- en moederschap vertegenwoordigt een verantwoordelijkheid, die niet eenvoudig lichamelijk, maar geestelijk van aard is; door deze realiteiten (i.e. lichamelijk ouderschap) ontstaat de stamboom van de persoon, die zijn eeuwige begin in God heeft en die naar Hem moet terugkeren". H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Brief aan de Gezinnen - Bij gelegenheid van het Internationaal Jaar van het Gezin, Gratissimam sane (2 feb 1994), 10 Wanneer het menselijk leven wordt welkom geheten in de verenigde aspecten van zijn fysieke en spirituele dimensies, dan dragen gezinnen bij aan een "gemeenschap van generaties" en voorzien op deze manier een essentiële en onvervangbare steun aan de ontwikkeling van de samenleving. Hiervoor heeft "het gezin recht op assistentie van de samenleving bij het krijgen en grootbrengen van kinderen. Echtparen met een groot gezin hebben recht op adequate hulp en mogen niet gediscrimineerd worden". Pauselijke Raad voor het Gezin, Handvest van de Rechten van het gezin (22 okt 1983), 3. c. Verenigde Naties, Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (10 dec 1948). art.16,3 bevestigd dat "het gezin de natuurlijke en fundamentele eenheid is van de gemeenschap en gerechtigd is bescherming te genieten door de maatschappij en de staat.