
James R. Kardinaal Knox - 12 juni 1975
Eminentie,
Het doet mij genoegen u mede te delen dat de Heilige Vader op verzoek van de Nederlandse bisschoppenconferentie het herstel van het permanente diaconaat in uw land heeft toegestaan. Hierbij moge ik u het betreffende rescript doen toekomen.
De H. Congregatie voor de Discipline van de Sacramenten prijst zich zeer gelukkig, nu zij in uw land de derde graad van het sacrament van de Ordo herboren ziet worden. Zij koestert de hoop dat deze belangrijke gebeurtenis de bron van grote geestelijke rijkdommen voor het volk Gods wordt.
Opdat de kaderwet, die is goedgekeurd door de Heilige Vader, uw kerkprovincie in staat stelle de gewenste doeleinden zo goed mogelijk te verwezenlijken, neemt deze congregatie de vrijheid de volgende aanbevelingen te doen:
Het blijkt van belang dat aan de Katholieke instellingen voor Wetenschappelijk Theologisch Onderwijs en de andere, door de ordinarius loci aangewezen instituten die worden bezocht door de kandidaten voor het permanente diaconaat, een moderator wordt aangesteld, die de kandidaten in hun studie moet begeleiden. Hij moet hen regelmatig bijeen roepen om na te gaan of hun intellectuele en in het bijzonder hun theologische vorming van goed gehalte is. Indien nodig, dient hij datgene wat zij hebben geleerd in de cursussen die zij samen met de leken-studenten volgen, aan te vullen, zodat zij een grotere theologische en wetenschappelijke rijpheid bereiken, meer in het bijzonder afgestemd op het diakenambt.
Voor wat de geestelijke vorming betreft, moet elke bisschop geestelijke leidslieden benoemen, tot wie de kandidaten zich tijdens hun vormingsjaren kunnen wenden.
Vanaf het begin van de opleiding moet men trachten bij de kandidaten een echt diaconale spiritualiteit op te wekken, een ware geest van ,diaconia', d.w.z. van dienstbetoon. Beschikbaarheid voor alle goede werken, liefde tot de liturgie en het gebed, gehoorzaamheid aan en een geest van verbondenheid met de hiërarchie, bovennatuurlijke aanvaarding van het lijden en, bij de getrouwde kandidaten, een authentieke spiritualiteit van het huwelijk.
Concreet dienen de kandidaten, evenals de diakens zelf, steun te zoeken in het volgende:
Zich baserend op haar ervaring en haar inlichtingen over het herstel van het permanente diaconaat in andere landen, is deze congregatie van oordeel dat het uitvoeren van bovenstaande suggesties ook voor de vorming van diakens in Nederland van groot nut zal zijn.
Gaarne maak ik van deze gelegenheid gebruik om u opnieuw mijn gevoelens van de diepste hoogachting te betuigen.
Rome, 12 juni 1975.
James Kardinaal Knox,
prefect
Antonio Innocenti,
secretaris