H. Paus Johannes Paulus II - 25 mei 1995
Voorrang op de oecumenische weg naar eenheid verdient zeker het gemeenschappelijk gebed, de verbondenheid van al diegenen die zich rondom Christus zelf aaneensluiten in gebed. Wanneer het de christenen lukt om, ongeacht hun scheidingen, zich steeds meer in het gemeenschappelijke gebed rondom Christus te verenigen, dan zal bij hen het besef groeien dat wat hen scheidt, in vergelijking tot wat hen verbindt, gering is. Wanneer zij elkaar steeds vaker en ijveriger ten overstaan van Christus ontmoeten in het gebed, zullen zij moed kunnen scheppen om de hele pijnlijke menselijke werkelijkheid van de scheidingen tegemoet te kunnen treden. Ze zullen elkaar gezamenlijk terugvinden in die gemeenschap van de Kerk, die Christus ondanks alle menselijke zwakheden en beperktheden onophoudelijk opbouwt in de heilige Geest.