2 maart 2018
Op basis van de leer van de sensus fidei van het volk van God en van de sacramentele collegialiteit van het episcopaat in hiërarchische gemeenschap met de paus, kan de theologie van de synodaliteit worden verdiept. De synodale dimensie van de Kerk brengt tot uitdrukking dat alle gedoopten actieve subjecten zijn en wijst tegelijkertijd op de specifieke rol van het bisschoppelijke ambt in de collegiale en hiërarchische gemeenschap met de bisschop van Rome.
Deze ecclesiologische visie nodigt ons uit om de synodale gemeenschap tussen "allen", "sommigen" en "één" te ontvouwen. Op verschillende niveaus en in verschillende vormen, op het niveau van de lokale Kerken, op het niveau van hun regionale groepering en op dat van de universele Kerk, impliceert synodaliteit de uitoefening van de sensus fidei van het universitas fidelium (allen), het leidende ambt van het college van de bisschoppen, elk met zijn presbyteraat (sommigen), en het eenheidsambt van de bisschop en van de paus (één). Het resultaat is dat, in de synodale dynamiek, het gemeenschapsaspect dat het hele volk van God omvat, de collegiale dimensie met betrekking tot de uitoefening van het bisschoppelijke ambt en het primatiale ambt van de bisschop van Rome met elkaar worden verbonden.
Deze correlatie bevordert de unieke eenstemmigheid (singularis conspiratio) tussen de gelovigen en de herders Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 10, die een icoon is van de eeuwige levende eenstemmigheid in de Allerheiligste Drie-eenheid. Op deze manier "streeft de Kerk onafgebroken naar de volheid van de goddelijke waarheid, totdat in haar de woorden van God in vervulling gaan". Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 8