H. Paus Johannes Paulus II - 18 mei 1986
De prijs voor de komst van de Heilige Geest is het “heengaan” van Christus. De aankondiging van dit “heengaan” heeft de droefheid van de apostelen veroorzaakt Vgl. Joh. 16, 6 , welke haar dieptepunt zal bereiken bij het lijden en de dood op Goede Vrijdag, maar op haar beurt “zal deze droefenis in vreugde verkeren” Vgl. Joh. 16, 20 . Christus zal immers in zijn verlossend “heengaan” de heerlijkheid van de verrijzenis en de hemelvaart naar de Vader opnemen. Zo is dus bij het “heengaan” van de Meester, een heengaan dat “goed” is, want dank zij dit heengaan zou een andere “Trooster” komen Vgl. Joh. 16, 7 . Tegen de prijs van het kruis dat de verlossing heeft bewerkt, uit kracht van heel het paasmysterie van Jezus Christus, komt de Heilige Geest om vanaf de dag van Pinksteren met de apostelen te blijven, met de Kerk en in de Kerk, en door middel van de Kerk in de wereld.
Het nieuwe begin van de zelfmededeling van de drie-ene God in de Heilige Geest door Jezus Christus, de Verlosser van de mens en de wereld, wordt op deze wijze definitief verwerkelijkt.