• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

TOT DE SPECIALE STUDIECOMMISSIE VOOR HET PERMANENTE DIACONAAT

Eerbiedwaardige broeders,

Wij willen niet, dat u Rome verlaat, zonder dat wij de gelegenheid gehad hebben de gevoelens van hoogachting en genegenheid uit te spreken die wij in ons hart koesteren voor onze eerbiedwaardige broeders in het episcopaat en zonder dat wij u ervoor bedankt hebben, dat u hierheen gekomen bent om ons uw advies uit te brengen omtrent de praktische verwezenlijking van de herinstelling van het diaconaat in onze Latijnse kerk, als blijvende rang van de heilige hiërarchie.

Daar dit met betrekking tot het canonieke recht een nieuwe en vrij ingewikkelde kwestie is en omdat wij rekening willen houden met de wensen die geuit zijn, alsmede met de problemen die zich kunnen voordoen, hebben wij, alvorens een definitieve wettelijke regeling op te stellen, u op de hoogte willen brengen van de resultaten waartoe de, op ons bevel ondernomen, bestudering van dit onderwerp heeft geleid en tezamen met u deze kwestie in haar geheel nog eens willen behandelen om zo tenslotte tot een gelukkige eindbeslissing te komen. Een ieder van u heeft zich inderdaad tot ons gewend om van ons de geëigende instructies en de noodzakelijke bevoegdheid te ontvangen die de conciliaire constitutie '2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Lumen Gentium
Over de Kerk
(21 november 1964)
', voorbehoud aan de Heilige Stoel; aan een ieder van u hebben wij een rechtstreeks bewijs willen geven van onze speciale belangstelling en met iedereen hebben wij over deze niet geringe zaak willen spreken.

Nu wachten wij op de conclusies van deze bijeenkomst om daarna de passende canonieke regels definitief vast te stellen.

Intussen willen wij u, die van de herinstelling van het diaconaat als een blijvende staat zoveel verwachtingen koestert, zeggen, welk een hoge opvatting wij hebben van deze hiërarchische rang. Zijn apostolische oorsprong, zijn speciale definitie als dienstbetoon, zijn eerste vertegenwoordiger, de heilige martelaar Stefanus, 'een man vol geloof en heilige geest' (Hand. 6, 5), de achting die men voor de diaken gedurende zo lange tijd betoond heeft in de Latijnse kerk en nog steeds betoont in de oosterse kerk, de verschillende en nuttige diensten die de diakens hebben bewezen aan de Kerk gedurende vele perioden en in vele omstandigheden van haar geschiedenis, de diverse functies tenslotte die in genoemde constitutie aan het diaconaat worden toegewezen, zijn voor ons even zovele redenen om voor de orde van het diaconaat een bijzondere waardering te koesteren. Daarom zullen wij gaarne en van ganser harte de desbetreffende beschikkingen van het concilie ten uitvoer brengen en daarbij zoveel mogelijk rekening houden met de verlangens die u, geïnspireerd door herderlijke liefde, ons kenbaar gemaakt hebt.

Een ding echter gaat ons bijzonder ter harte: 'Laat alles bij u gebeuren met liefde' (1 Kor. 16, 14), gelijk de apostel Paulus zegt; en hier verstaan wij onder liefde niet alleen de theologale deugd die van God uitgaat en die on; met Hem verbindt, maar ook die harmonie van geest en handelen welke het kenmerk moet zijn van de onderlinge betrekkingen van de kerkelijke gemeenschap en waarin een complex van gevoelens, van deugden, van normen besloten ligt waardoor de volheid van de orde en de heiligheid van de gemeenschap verrijkt wordt. Wij denken hierbij aan de eensgezindheid, de gehoorzaamheid, de aanhankelijkheid welke de diaken moet verbinden met zijn bisschop, wij denken aan de geest van dienstbaarheid welke het kenmerk moet zijn van de diaken voor wie juist het dienstbetoon bepalend is en die in dit dienstbetoon zijn gelijkheid ervaart met Christus, die 'niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen' (Mt. 20, 28); wij denken er ook aan, dat de heilige Kerk in de diakens een nieuw en zuiver voorbeeld zal krijgen van de schoonheid die afstraalt van de reine zeden welke voor deze gewijde staat een onmiskenbare voorwaarde zijn, hetzij zij ongehuwd blijven, hetzij zij, reeds gehuwd zijnde en een rijpere leeftijd bereikt hebbende, tot de orde van het diaconaat onderscheiden worden.

Moge de Heer dit nieuwe instituut tot een bron van rijke geestelijke vreugde maken; moge onze waardering blijven groeien voor wie in de Kerk geroepen zijn om voor haar als diaken te werken en te getuigen; moge de pastoraal en het christelijk apostolaat de voordelen ondervinden die zij van het weer instellen van het permanente diaconaat verwachten; moge eveneens groeien de 'sensus van de Kerk', die de Heer heeft willen begiftigen met gewijde bedienaren welke Hij heeft willen onderscheiden en tegelijk verenigen in een hiërarchische gemeenschap; moge zijn genade in toenemende mate neerdalen daar waar wij door het weer instellen van het permanente diaconaat in een behoefte hebben willen voorzien; moge tenslotte onze apostolische zegen deze wensen in vervulling doen gaan.

Document

Naam: TOT DE SPECIALE STUDIECOMMISSIE VOOR HET PERMANENTE DIACONAAT
Soort: H. Paus Paulus VI - Toespraak
Auteur: H. Paus Paulus VI
Datum: 24 februari 1967
Copyrights: © 1967, Katholiek Archief 22e jrg nr 11 p. 267-269
Alineaverdeling en -nummering: redactie
Bewerkt: 7 november 2019

Referenties naar dit document

 
Geen documenten gevonden!
 
Geen berichten gevonden!

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2025, Stg. InterKerk, Schiedam, test