17 juni 1546
Wie zegt dat de zonde van Adam, die vanuit haar oorsprong één is en door voortplanting, niet door imitatie overdragen en die aan allen eigen is, door inwoning, door de kracht van de menselijke natuur of door een ander heilsmiddel kan worden weggenomen, dan door de verdienste van onze enige Middelaar onze Heer Jezus Christus Vgl. Concilie van Florence, Bul, 11e Sessie - Over de eenheid met de Kopten en EthiopiĆ«rs, Cantate Domino (4 feb 1442), 17 die ons heeft verzoend in zijn Bloed Vgl. Rom. 5, 9 . Hij "die voor ons gerechtigheid, heiliging en verlossing is geworden" (1 Kor. 1, 30) of zelfs looochent dat de verdienste van Christus Jezus door de toediening van het sacrament van de doop, gedragen door de rechtmatige bediening door de Kerk zowel volwassen als kinderen toetreft, hij zij verdoemd.
Want "aan de mensen is onder de hemel geen andere naam gegeven, in wie wij gered zullen worden" (Hand. 4, 12). Vandaar deze stem: "Zie het Lam Gods dat wegneemt de zonden van de wereld." (Joh. 1, 29)
En deze: "alwie gedoopt is, heeft zich met Christus bekleed." (Gal. 3, 27)