COMPENDIUM VAN DE CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
(Soort document: Catechismus-Compendium)
28 juni 2005
Men eerbiedigt de heilige Naam van God, door hem aan te roepen, te zegenen, te prijzen en te verheerlijken. Vermeden moeten dan ook worden: het
misbruik zich op de Naam van God te beroepen om een misdaad te rechtvaardigen, evenals ieder ongepast gebruik van zijn Naam, zoals de
godslastering, die uit haar aard een zware zonde is, het
vloeken, en de
ontrouw aan de beloften die men in Gods Naam gedaan heeft.