
Paus Franciscus - 20 november 2016
Het vieren van de barmhartigheid gebeurt heel in het bijzonder in het Sacrament van de verzoening. Hierin voelen we de omhelzing van de Vader die ons tegemoetkomt om ons opnieuw de genade te schenken zijn kinderen te zijn. Wij zijn zondaars, en wij dragen de last van de tegenstrijdigheid tussen wat we willen doen en wat we in feite doen. Vgl. Rom. 7, 14-21 Toch gaat de genade ons altijd vooraf en krijgt ze gestalte in barmhartigheid die verzoening en vergeving bewerkt. God laat ons immers zijn onmetelijke liefde verstaan als wij erkennen dat we zondaars zijn. Genade is veel sterker en overstijgt alle mogelijke weerstand, want liefde overwint alles. Vgl. 1 Kor. 13, 7
In het Sacrament van de verzoening toont God de weg om naar Hem terug te keren en nodigt Hij ons uit om opnieuw zijn nabijheid te ervaren. Die vergeving ontvangen we door in de eerste plaats in de liefde te leven. De apostel Petrus herinnert ons daaraan als hij schrijft dat "liefde tal van zonden bedekt" (1 Pt. 4, 8). Alleen God vergeeft zonden, maar Hij vraagt dat ook wij bereid zijn anderen te vergeven zoals Hij ons vergeeft: "Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven wie schulden heeft bij ons" (Mt. 6, 12). Hoe triest is het als wij opgesloten blijven in onszelf, niet in staat om te vergeven! Wrok, woede, wraak nemen dan de bovenhand, maken ons ongelukkig en verhinderen ons om barmhartig te zijn.