Georgius A. Kard. Medina Estévez - 20 september 1997
Wat het collectagebed betreft, dient men het ware wezen ervan te respecteren en het niet te verwarren met een hagiografische notitie. De collecta richt zich immers op het charisma van de heilige of zalige, op één enkel essentieel punt uit zijn of haar leven of activiteit, en probeert niet in het klein een geschiedenis na te vertellen. Men dient zich in tegendeel te beperken tot een synthetisch aanstippen en daarbij stereotypen te vermijden. Vgl. Congregatie voor de Goddelijke Eredienst, Over de herziening van de particuliere en eigen kalenders voor het Officie en de Mis, De Calendaria Particularia atque Officiorum et Missarum Propriis recognoscendis (24 juni 1970), 40. b Het is aan te raden zich te richten op de modellen, zoals men die vindt in het Eigen van de heiligen en het Gemeenschappelijke uit het Romeins Missaal, waarin duidelijk zowel de technische structuur naar voren komt als de expressieve bondigheid, eigen aan het literair genre van de collecta in de Romeinse Ritus.