
Paus Pius XI - 31 december 1929
Op de eerste plaats strekt die zending zich uit tot alle gelovigen, voor wie de Kerk als tedere moeder een ijverige zorg draagt. Daarom heeft zij voor dezen door alle eeuwen heen een zeer groot aantal scholen en instellingen op elk gebied van wetenschap opgericht en tot bloei gebracht. Gelijk wij dan ook bij een onlangs geboden gelegenheid zeiden,
"bevond zich tot in de vroegste middeleeuwen, waarin er zo talrijke (sommigen hebben zelfs willen zeggen te talrijke) kloosters, conventen, kerken, collegiale kerken, kathedrale en niet-kathedrale kapittels bestonden, bij elk van deze instellingen een schoolhaard, een brandpunt van onderwijs en christelijke opvoeding. En bij dit alles moet men nog al de universiteiten voegen, universiteiten, verspreid over alle landen, en dat steeds op initiatief en onder de hoede van de H. Stoel en de Kerk. Het heerlijk schouwspel, dat wij op het ogenblik beter zien, omdat het ons meer nabij is, en zich overeenkomstig de aard van onze eeuw in grootser verhoudingen vertoont, was het schouwspel van alle tijden. En zij die de gebeurtenissen bestuderen en er een vergelijkend oordeel over vormen, staan verbaasd over hetgeen de Kerk op dit gebied wist tot stand te brengen; zij staan verbaasd over de wijze, waarop de Kerk heeft weten te beantwoorden aan de zending, die God haar had toevertrouwd, om de mensengeslachten tot christelijk leven op te voeden; over de wijze waarop zij zoveel heerlijke vruchten en schitterende resultaten wist te bereiken. Doch indien het bewondering wekt, dat de Kerk ten allen tijde honderden, duizenden en miljoenen leerlingen om zich heen wist te verzamelen, om die krachtens haar zending als opvoedster te vormen, niet minder moet onze bewondering wekken de beschouwing van hetgeen zij wist tot stand te brengen niet alleen op het terrein van de opvoeding, maar ook op dat van het onderwijs in de engere en eigenlijke zin van het woord. Immers, indien zoveel schatten van cultuur, van beschaving, van letterkunde bewaard konden blijven, dan is dit te danken aan het gedrag van de Kerk, waardoor zij ook in de vroegste en barbaarse tijdperken zoveel licht wist te doen stralen op het gebied van de letteren, de wijsbegeerte, de kunst, en in het bijzonder op het gebied van de bouwkunst." Paus Pius XI, Toespraak, Tot de leerlingen van het College van Mondragone (14 mei 1929)