
H. Paus Johannes Paulus II - 31 oktober 1984
Is deze inspanning mogelijk? Met andere woorden (en onder een ander aspect) stelt zich hier de vraag over de ‘haalbaarheid van de morele norm’ die door H. Paus Paulus VI - Encycliek
Humanae Vitae
Het menselijk leven en geboorteregelingen
(25 juli 1968) in herinnering wordt gebracht en bevestigd. Dit vormt een van de meest essentiële (en momenteel ook een van de meest urgente) vragen op het gebied van de spiritualiteit van het huwelijk.
De Kerk is ten volle overtuigd van de juistheid van het beginsel dat verantwoord vader- en moederschap bevestigt – in de zin die in de vorige catechese is uitgelegd – en dit niet alleen om ‘demografische’ redenen maar om meer essentiële redenen. Wij noemen verantwoord dat vaderschap en dat moederschap dat overeenstemt met de persoonlijke waardigheid van de echtgenoten als ouders, naar de waarheid van hun persoon en van de huwelijks-daad. Daaruit volgt de strikte en rechtstreekse band die deze dimensie met de hele spiritualiteit van het huwelijk verbindt.
In H. Paus Paulus VI - Encycliek
Humanae Vitae
Het menselijk leven en geboorteregelingen
(25 juli 1968) heeft Paus Paulus VI uitgedrukt wat overigens vele gezaghebbende moralisten en wetenschappers, zelfs niet-katholieke hadden bevestigd Zie bijvoorbeeld de verklaringen van de "Bund für evangelische-katholische Wiedervereinigung" (O.R., 19-9-1968, blz. 3); Dr. F. King, Anglicaan (O.R., oktober 5-10-1968, blz. 3); en ook de moslim, Mohammed Cherif Zeghoudu (in hetzelfde nummer). Vooral belangrijk is de brief die Karl Barth op 28 november 1968 naar kardinaal Cicognani schreef, waarin hij de grote moed van Paulus VI prees., namelijk dat het juist op dit gebied, zo diep en wezenlijk menselijk en persoonlijk, noodzakelijk is vooral te verwijzen naar de mens als persoon, naar het subject dat zelf beslist, en niet naar de ‘middelen’ die hem een ‘object’ (van manipulatie) maken en hem ‘depersonaliseren’. Het gaat hier dus om een authentiek ‘humanistische’ betekenis van de ontwikkeling en de vooruitgang van de menselijke beschaving.