
Paus Franciscus - 19 maart 2016
AMORIS LAETITIA Over vreugde van de liefde |
|||
► | IN HET LICHT VAN HET WOORD (8-30) |
De Bijbel is bevolkt met gezinnen, generaties, liefdesgeschiedenissen en gezinscrises, vanaf de eerste bladzijde, waar het gezin van Adam en Eva op het toneel verschijnt, met zijn lading aan geweld, maar ook met de kracht van het leven dat verder gaat Vgl. Gen. 4 , tot de laatste bladzijde, waar de bruiloft van de Bruid en het Lam verschijnt. Vgl. Openb. 21, 2.9 De twee huizen die Jezus beschrijft als op de rots of op zand gebouwd Vgl. Mt. 7, 24-27 vertegenwoordigen zovele gezinssituaties die door de vrijheid van hen die in die huizen wonen, zijn geschapen, daar, zoals de dichter schrijft, “ieder huis een kandelaber is”. Jorge Luis Borges, “Calle desconocida”, in Fervor de Buenos Aires, Buenos Aires 2011, 23. Laten wij nu eens in een van deze huizen binnengaan, geleid door de psalmist door middel van een gezang dat ook nu nog wordt geciteerd bij zowel de joodse als de christelijke huwelijksliturgie:
“Gelukkig die godvrezend zijt,
de weg des Heren gaat. -
Ge zult de vrucht van eigen arbeid eten,
tevreden en voorspoedig zult ge zijn.
Uw vrouw daarbinnen in uw huis
is als een rijk beladen wijnstok.
En als olijventakken rond de stam,
zo staan uw kinderen om uw tafel.-
Ja, zo wordt elke men gezegend
die eer geeft aan de Heer.
U zegene de Heer uit Sion;
moogt gij Jeruzalem welvarend zien,
zolang uw dagen duren;
Moogt gij de kinderen van uw kinderen nog aanschouwen.
Vrede zij Israël!” (Ps. 128, 1-6)