
Paus Franciscus - 3 maart 2016
De heilige Schrift zegt ons op verschillende manieren dat goede en kwade bedoelingen niet van buiten af in de mens komen, maar voortkomen uit zijn "hart". "Van binnenuit," zegt Jezus tot ons, "uit het hart van de mens, komen de kwade gedachten" (Mc. 7, 21). In de Bijbel is het hart niet alleen het orgaan van de gevoelens, maar ook van de geestelijke vermogens, het verstand en de wil. Het is de zetel van de besluiten, van de manier van denken en handelen. Bij de keuzewijsheid, die openstaat om door de Heilige Geest bewogen te worden, is ook het hart betrokken. Daar worden goede werken geboren, maar ook verkeerde, wanneer de waarheid en de ingevingen van de Geest verworpen worden. Het hart is, alles bijeen genomen, de samenvatting van de menselijkheid, vorm gegeven door de handen van God zelf Vgl. Gen. 2, 7 en door de Schepper beschouwd met een voldoening zonder weerga. Vgl. Gen. 1, 31 God stort Zijn eigen wijsheid in het hart van de mens.