21 november 1964
De bisschoppen besturen de hun aangewezen particuliere Kerken als plaatsbekleders en afgezanten van Christus Paus Benedictus XIV, Brief, Romano Ecclesia (5 okt 1752), 1. § 1: Bullarium Benedictus XIV, t. IV, Rome 1758, 21: "De bisschop is het beeld van Christus en vervult zijn taak" Paus Pius XII, Encycliek, Over het mystieke lichaam van Christus en over de vereniging die wij daarin bezitten met Christus, Mystici Corporis Christi (29 juni 1943), 41. "Ieder van hen weidt en bestuurt de hem persoonlijk aangewezen kudde"., door hun raad, hun aansporingen, hun voorbeeld, maar ook door hun gezag en hun gewijde macht, die zij echter alleen aanwenden om hun kudde in de waarheid en de heiligheid te stichten het woord indachtig, dat wie de voornaamste is, moet zijn als jongste en die bevelen geeft als iemand die dient. Vgl. Lc. 22, 26-27 Deze macht die zij persoonlijk uitoefenen in naam van Christus, is een eigen, gewone en rechtstreekse macht, al wordt de uitoefening ervan in laatste instantie geregeld door het hoogste gezag van de Kerk en als kan ze door dit gezag, met het oog op het welzijn van de Kerk of van de gelovigen aan bepaalde beperkingen worden gebonden. Krachtens deze macht hebben de bisschoppen het heilig recht en ten overstaan van de Heer de plicht, voor hun onderhorigen wetten uit te vaardigen, als rechter op te treden en heel het gebied van eredienst en van het apostolaat te regelen. Aan hen is tenvolle het herderlijke ambt of de gewone en dagelijkse zorg voor hun kudde toevertrouwd, en men mag het niet beschouwen als louter plaatsvervanger van de Pausen, want zij bezitten een macht die hun eigen is en zij worden naar volle waarheid de overheid genoemd van het volk, dat zij besturen Paus Leo XIII, Encycliek, Over de eenheid van de Kerk, Satis Cognitum (29 juni 1886) Paus Leo XIII, Brief, Officio sanctissimo (22 dec 1887), 13. A.S.S. 20 (1887) 264 (eccl. Doc. 0155, bladz. 48-49, n. 13) Vgl. Z. Paus Pius IX, Apostolische Brief, Aan de Bisschoppen van Duitsland over de circulaire Depesche, Mirabilis Illa Constantia (4 mrt 1875) Vgl. Z. Paus Pius IX, Toespraak, Tot het Consistorie (15 mrt 1875). toespraak in het Consistorie van 15 maart 1875: Denz. 3112-3117 Hun macht wordt door de hoogste universele macht niet opgeheven, maar veeleer beschermd, versterkt en verdedigd 1e Vaticaans Concilie, 4e Zitting - Dogmatische Constitutie over de Kerk van Christus, Pastor Aeternus (18 juli 1870), 12, omdat de Heilige Geest de bestuursvorm, die Christus in zijn Kerk heeft gevestigd, onverminderd in stand houdt.
De bisschop, die door de Heer des huizes is belast met het bestuur van zijn gezin, moet het voorbeeld van de goede Herder voor ogen houden, "die gekomen is niet om gediend te worden, maar om te dienen" (Mt. 20, 28)(Mc. 10, 45) en zijn leven te geven voor zijn schapen. Vgl. Joh. 10, 11 Genomen uit de mensen en aan zwakheid onderhevig kan hij toegeeflijk zijn voor onwetenden en dwalenden. Vgl. Hebr. 5, 1-2 Hij moet bereid zijn, te luisteren naar zijn onderhorigen, die hij als zijn echte kinderen liefheeft en die hij aanspoort om ijverig met hem samen te werken. Omdat hij aan God rekenschap over hen zal moeten afleggen Vgl. Hebr. 13, 17 , moet hij door gebed, en allerlei werken van liefde zorg dragen zowel voor zijn onderhorigen als voor hen, die nog niet tot de éne kudde behoren en die hij moet beschouwen als hem aanbevolen in de Heer. Omdat hij, gelijk de apostel Paulus, bij allen in de schuld staat, moet hij steeds klaar staan aan allen het Evangelie te brengen Vgl. Rom. 1, 14-15 en zijn gelovigen aan te sporen tot een apostolische en missionaire activiteit. De gelovigen van hun kant moeten één zijn met de bisschop, gelijk de Kerk één is met Jezus Christus, en Jezus Christus met de Vader, opdat alles samenvloeie in de eenheid Vgl. H. Ignatius van Antiochië, Brief aan de Efesiërs, Epistula ad Ephesios. 5, 1: ed. Funk, I, 216 en moge strekken tot hoge eer van God. Vgl. 2 Kor. 4, 15