Paus Franciscus - 1 september 2015
Ik denk in de eerste plaats aan alle gelovigen die, in individuele bisdommen of als pelgrims naar Rome, de genade van het Heilig Jaar zullen ervaren. Het is mijn wens dat de aflaat van het Heilig Jaar ieder van hen mag bereiken als een werkelijke ervaring van de barmhartigheid van God, die ieder persoon tegemoet komt in het Gelaat van de Vader die ontvangt en vergeeft, de begane zonden volledig vergeet. Om de aflaat te ervaren en ontvangen, zijn de gelovigen geroepen een korte pelgrimstocht te maken naar de Heilige Deur, in elke kathedraal of in de kerken die zijn aangewezen door de diocesane bisschop, en in de vier pauselijke basilieken in Rome, als een teken van het diepe verlangen naar ware bekering. Evenzo bepaal ik dat de aflaat verkregen kan worden in de heiligdommen waar de Heilige Deur open is en in de kerken die gewoonlijk als Jubileumkerken worden gezien. Het is belangrijk dat dit moment in de eerste plaats wordt verbonden met het Sacrament van Verzoening en met de viering van de Heilige Eucharistie, met een overweging over barmhartigheid. Het zal nodig zijn dat deze vieringen de geloofsbelijdenis bevatten en gebed voor mij en de intenties die ik mijn hart draag voor het welzijn van de Kerk en de gehele wereld.
Daarnaast denk ik aan diegenen voor wie het, om verschillende redenen, onmogelijk zal zijn om door de Heilige Deur binnen te gaan, in het bijzonder de zieken en mensen die oud en eenzaam zijn, en vaak aan huis gebonden. Voor hen zal het een grote steun zijn om hun ziekte en lijden te beleven als een ervaring van de nabijheid van de Heer die, in het mysterie van Zijn lijden, dood en verrijzenis de koninklijke weg wijst die betekenis schenkt aan pijn en eenzaamheid. Deze tijd van beproeving te beleven met geloof en vreugdevolle hoop, de Communie ontvangen of de Heilige Mis en gemeenschappelijk gebed bijwonen, zelfs door de verschillende communicatiemiddelen, zal voor hen de manier zijn om de aflaat van het Heilig Jaar te ontvangen. Mijn gedachten gaan ook naar de gevangenen, wier vrijheid beperkt is. Het Heilig Jaar is altijd een kans geweest voor een grote amnestie die de vele mensen hoort te omvatten die, ondanks dat zij straf verdienen, zich bewust zijn geworden van het onrecht dat zij gedaan hebben en oprecht wensen opnieuw toe te treden tot de maatschappij en hun eerlijke bijdrage daaraan willen leveren. Mogen zij allen op tastbare wijze geraakt worden door de barmhartigheid van de Vader die dichtbij hen wil zijn die de grootste behoefte hebben aan Zijn vergeving. Zij kunnen de aflaat verkrijgen in de kapellen van de gevangenissen. Moge het gebaar waarmee zij hun gedachten en gebed op de Vader richten, elke keer als zij over de drempel van hun cel stappen, voor hen de gang door de Heilige Deur symboliseren, want de barmhartigheid van God is in staat harten te veranderen, en kan tralies omvormen tot een vrijheidservaring.
Ik heb de Kerk gevraagd om in dit Heilig Jaar de rijkdom te herontdekken die vervat is in de geestelijke en lichamelijke werken van barmhartigheid. De ervaring van barmhartigheid wordt zeker zichtbaar in de getuigenis van tastbare tekenen, zoals Jezus zelf ons geleerd heeft. Iedere keer dat een gelovige persoonlijk één of meer van deze handelingen verricht, zal hij of zij zeker de aflaat van het Heilig Jaar verkrijgen. Vandaar de verplichting om in barmhartig te leven om de genade van volledige en diepgaande vergeving te verkrijgen door de kracht van de liefde van de Vader die niemand uitsluit. De aflaat van het Heilig Jaar is daarom volledig, vrucht van het evenement dat met geloof, hoop en liefde gevierd en ervaren dient te worden.
Verder kan de aflaat van het Heilig Jaar ook verkregen worden voor de overledenen. Wij zijn aan hen gebonden door de getuigenis van geloof en liefde die zij ons nagelaten hebben. Net zoals wij hen gedenken in de Eucharistieviering kunnen wij voor hen, in de het grote mysterie van de gemeenschap van de heiligen, voor hen bidden dat het barmhartig gelaat van de Vader hen bevrijdt van elk overblijfsel van zonden en hen stevig omhelst in de oneindige zaligheid.