7 december 1965
Tegenwoordig is het veel moeilijker dan vroeger, een harmonische synthese tot stand te brengen tussen de verschillende takken van wetenschap en kunst.
Want, terwijl de veelheid en de verscheidenheid van de cultuurelementen toenemen, neemt tevens bij de afzonderlijke personen het vermogen, om deze elementen te onderscheiden en ze organisch samen te voegen, steeds meer af, zodat het type van de „universele mens” meer en meer verdwijnt. Toch blijft op iedere mens de plicht rusten, rekening te houden met de gehele menselijke persoon, in wie de waarden van verstand, wil, geweten en broederlijkheid de eerste plaats innemen, waarden, die alle hun grondslag hebben in God, de Schepper, en die Christus op wonderbare wijze zijn genezen en veredeld.
Het gezin is op de eerste plaats als het ware de moeder en de voedingsbodem van deze vorming; daarin leren de kinderen, in een sfeer van liefde, gemakkelijker de hiërarchie der waarden kennen, en nemen zij, naar mate zij ouder worden, de beproefde menselijke cultuurvormen als vanzelf in zich op.
Voor deze vorming beschikt de moderne samenleving, vooral door de groeiende verspreiding van lectuur en door nieuwe culturele en sociale communicatiemiddelen, over mogelijkheden om een universele cultuur tot stand te brengen. Want nu bijna overal de arbeidstijd is verkort, krijgen de meeste mensen steeds meer gelegenheid zich zelf te ontwikkelen. Men moet de vrije tijd goed besteden, tot ontspanning en tot versterking van de gezondheid van geest in lichaam, en wel door vrije bezigheden en studies en door reizen naar andere landen (toerisme), dingen, die de menselijke geest verfijnen en de mensen en verrijking schenken door wederzijdse kennismaking. Verder door lichamelijke oefeningen en door sport, die een uitstekende bijdrage kunnen leveren tot het bewaren van het geestelijk evenwicht, ook in de gemeenschap, en tot het vestigen van broederlijke contacten tussen de mensen van alle standen, volken of rassen. De christenen moeten dus door hun samenwerking de collectieve cultuuruitingen en cultuuractiviteiten van de tegenwoordige tijd met een menselijke en christelijke geest trachten te doordringen.
Maar al deze gunstige factoren zouden niets baten voor een alzijdige culturele vorming van de cultuur en van de wetenschap voor de menselijke persoon.