Paus Pius XI - 31 december 1930
Maar dit alles, eerbiedwaardige broeders, hangt voor een groot gedeelte af van de vereiste voorbereiding op het huwelijk, zowel de verwijderde als de naaste voorbereiding. Het valt immers niet te ontkennen: reeds in de tijd der kinderjaren en der jeugdjaren wordt in de ziel van jongens en meisjes de vaste grondslag gelegd voor een gelukkig, doch ook de ondergang voorbereid van een ongelukkig huwelijk. Want wie vóór het huwelijk in alles zichzelf en eigen voordeel zochten, wie toegaven aan hun begeerten, die zullen - het is te vrezen - ook in het huwelijk blijven wat zij vóór het huwelijk waren. Zo zullen zij dan ook eens moeten oogsten wat zij gezaaid hebben Vgl. Gal. 6, 9 ; zij zullen namelijk binnen de muren van hun woning droefheid vinden, verdriet, verachting voor elkander, twisten, vijandigheid, afkeer van het samenzijn, en, wat het ergste is, zij zullen er zichzelf vinden met hun onbedwongen hartstochten.