• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
De goddelijke wraak
Wie komt daar uit Edom, uit Bosra in helrode kleren, luisterrijk in zijn gewaad, fier in zijn geweldige kracht? `Ik ben het die rechtvaardig oordeelt, en een geding aangaat om te redden.'
Waarom is uw gewaad zo rood, en zijn uw kleren als die van een druivenperser?
`Ik heb geheel alleen de wijnpers getreden en van mijn volk was er niemand bij Mij. In mijn toorn heb Ik hen vertreden, in mijn gramschap hen vertrapt. Hun bloed is op mijn kleren gespat en heel mijn gewaad heb Ik besmeurd.
Want Ik had een dag van de wraak in de zin, het jaar van mijn verlossing was gekomen.
Ik keek rond; er was geen helper, Ik was verbaasd: want niemand ondersteunde Mij. Toen heeft mijn eigen arm Mij geholpen en mijn gramschap Mij ondersteund.
Ik heb volken in mijn toorn vertrapt en in mijn gramschap hen vermorzeld, Ik liet hun bloed ter aarde vloeien.'
Een smeekpsalm
De blijken van Jahwe's trouw wil ik bezingen, de roemvolle daden van Jahwe, alles wat Jahwe voor ons heeft gedaan, zijn grote goedheid voor Israëls huis, het mededogen dat Hij ons bewees, en de vele blijken van zijn trouw.
Hij sprak: Zij zijn toch mijn volk, kinderen die hun woord van trouw niet breken. Hij is hun redder geweest
in al hun nood. Niet een bode of een engel, maar Hij heeft hen zelf gered. In zijn liefde en zijn mededogen heeft Hijzelf hen verlost. Hij heeft hen opgenomen en gedragen, in alle vroegere dagen.
Maar zij waren opstandig en bedroefden zijn heilige geest. Zo werd Hij hun tot vijand, Hij zelf streed tegen hen.
Het volk dacht aan lang vervlogen dagen, aan Mozes en de zijnen: `Waar is Hij nu, die eens de herder van zijn kudde uit de zee heeft gehaald; waar is Hij nu, die zijn heilige geest in diens hart heeft gelegd?
Die zijn luisterrijke arm naast Mozes liet voortgaan; die voor hen uit het water liet splijten om zich een eeuwige naam te verwerven?
Waar is Hij nu, die hen door diepe waterkolken geleidde, als paarden door de woestijn, die nergens struikelen;
die hen geleidde als vee dat in een vallei afdaalt? De geest van Jahwe vergezelde hen. Ja, zo zijt Gij uw volk voorgegaan, om u een luisterrijke naam te verwerven.
Zie toch vanuit de hemel neer, vanuit uw heilig en heerlijk paleis. Waar blijft uw ijver en uw kracht? Waarom uw mededogen en uw erbarmen onderdrukken?
Gij zijt toch onze vader. Abraham kent ons niet meer, en Israƫl wil niet meer van ons weten. Gij, Jahwe, zijt ons vader, van oudsher heet Gij onze verlosser.
Waarom, Jahwe, liet Gij ons van uw wegen afdwalen, waarom liet Gij ons hart verstenen, dat het U niet meer vreest? Keer terug, wees uw dienstknechten ter wille, de stammen die uw eigendom zijn.
Hoe kort had uw heilig volk het land in bezit; en nu treden onze vijanden uw heiligdom met voeten!
Wij zijn geworden, als had Gij nooit over ons geregeerd, als was uw naam nooit over ons uitgeroepen. Mocht Gij de hemel toch openscheuren om af te dalen! De bergen zouden wankelen voor uw aangezicht.

Document

Naam: HEILIGE SCHRIFT
Willibrordvertaling 1975
Soort: Heilige Schrift
Datum:
Copyrights: © 1975, KBS Boxtel / Uitg Emmaus Brugge
Bewerkt: 7 november 2019

Opties

Internetadres
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2025, Stg. InterKerk, Schiedam, test