Zo spreekt Jahwe: Onderhoudt het recht, beoefent de gerechtigheid, want de komst van mijn redding is nabij en mijn gerechtigheid wordt weldra geopenbaard.
Gelukkig de man die zo handelt, de mens die daaraan vasthoudt, die de sabbat onderhoudt, hem niet ontheiligt, en zijn hand ervoor behoedt enig kwaad te doen.
De vreemdeling die zich bij Jahwe aansluit hoeft niet te zeggen: `Jahwe houdt mij zeker afgezonderd van zijn volk.' Ook de kastraat mag niet zeggen: `Ik ben maar een dorre boom.'
De vreemdelingen die zich bij Jahwe hebben aangesloten, om Hem te dienen en de naam van Jahwe te beminnen, om zijn dienstknechten te zijn; al degenen die de sabbat onderhouden, hem niet ontheiligen en vasthouden aan mijn verbond:
hen allen laat Ik komen naar mijn heilige berg, en schenk hun vreugde in mijn huis van gebed. Hun brand - en slachtoffers zijn welgevallig op mijn altaar. Want mijn huis zal heten: Huis van gebed voor alle volken.
Zo luidt de godsspraak van Jahwe, de Heer, die het verstrooide Israƫl verzamelt: Nog anderen zal Ik verzamelen en voeg ze toe aan hen die reeds verzameld zijn.