Paus Franciscus - 24 november 2013
Het christelijk substraat van sommige volken - vooral in het Westen - is een levende werkelijkheid. Hier vinden wij vooral onder de meest behoeftigen een morele reserve die de waarden van waarlijk christelijk humanisme bewaakt. Een gelovige kijk op de werkelijkheid kan niet vergeten dat wat de Heilige Geest zaait, te herkennen. Dat zou betekenen geen vertrouwen te hebben in zijn vrij en edelmoedig werken, denken dat er geen authentieke christelijke waarden zijn waar een groot gedeelte van de bevolking het Doopsel heeft ontvangen en zijn geloof en broederlijke solidariteit op vele wijzen tot uitdrukking brengt. Hierin moet men veel meer dan “zaden van het Woord” herkennen, aangezien het een authentiek katholiek geloof met eigen wijzen van uitdrukking en een behoren tot de Kerk betreft. Het is niet goed de beslissende invloed te negeren die een door het geloof gekenmerkte cultuur heeft, omdat deze geëvangeliseerde cultuur over haar grenzen heen veel meer bronnen heeft dan een eenvoudige som van gelovigen ten overstaan van de aanvallen van het huidige secularisme. Een geëvangeliseerde volkscultuur bevat waarden van geloof en solidariteit die de ontwikkeling teweeg kunnen brengen van een rechtvaardigere en gelovige maatschappij en een bijzondere wijsheid bezit die men met een blik vol van dankbaarheid moet weten te herkennen.
Het is dringend noodzakelijk de culturen te evangeliseren om het Evangelie te incultureren. In de landen met een katholieke traditie zal het erom gaan de rijkdom die reeds bestaat, te begeleiden, te verzorgen en te versterken en in de landen met andere religieuze of diepgaand geseculariseerde tradities zal het gaan om nieuwe processen van evangelisatie van de cultuur te bevorderen, hoewel zij projecten op zeer lange termijn veronderstellen. Wij kunnen echter niet ontkennen dat er altijd een oproep tot groei is. Iedere cultuur en iedere maatschappelijke groepering heeft zuivering en rijping nodig. In het geval van de culturen van katholieke bevolkingen kunnen wij enkele zwakheden herkennen die nog door het Evangelie moeten worden genezen: machisme, alcoholisme, huiselijk geweld, een schaarse deelname aan de Eucharistie, fatalistische vormen van geloof of bijgeloof, die de mensen hun toevlucht doen nemen tot tovenarij enz. Maar de volksvroomheid is nu juist het beste uitgangspunt om ze te genezen en te bevrijden.
Het is ook waar dat soms meer dan op de impuls van christelijke vroomheid het accent wordt gelegd op uiterlijke vormen van tradities van enkele groepen of op hypothetische privé-openbaringen, die worden verabsoluteerd. Er bestaat een zeker Christendom dat bestaat uit devoties, eigen aan een individuele en sentimentele wijze van het geloof te beleven die in werkelijkheid niet beantwoordt aan een authentieke “volksvroomheid”. Sommigen bevorderen deze uitdrukkingsvormen zonder zich te bekommeren om maatschappelijke verbetering en de vorming van de burgers en in bepaalde gevallen doen ze het om economisch voordeel of enige macht over de anderen te krijgen. Evenmin kunnen wij ontkennen dat zich in de laatste decennia een breuk heeft voorgedaan in de overdracht van het christelijk geloof van de ene generatie op de andere binnen het katholieke volk. Het is onmiskenbaar dat velen teleurgesteld zijn en ophouden zich te identificeren met de katholieke traditie, dat zijn de ouders die hun kinderen niet laten dopen en hun niet leren bidden, en dat er een zekere uittocht is naar andere geloofsgemeenschappen. Enkele oorzaken van deze breuk zijn: het gebrek aan ruimte voor dialoog in het gezin, de invloed van de media, het relativistisch subjectivisme, het ongebreidelde consumptisme dat de markt stimuleert, het gebrek aan pastorale begeleiding van de armsten, de afwezigheid van een hartelijke opvang in onze instellingen en onze moeilijkheid om de mystieke aansluiting bij het geloof opnieuw tot stand te brengen in een pluralistische religieuze omgeving.