Paus Franciscus - 24 november 2013
De aan de volksreligiositeit eigen vormen hebben gestalte aangenomen, omdat zij zijn voortgekomen uit de belichaming van het christelijk geloof in een volkscultuur. Juist daarom sluiten zij een persoonlijke relatie in, niet met harmoniserende energieën, maar met God, met Jezus Christus, met Maria, met een heilige. Zij hebben vlees, zij hebben een gezicht. Zij zijn geschikt om mogelijkheden voor een relatie en niet zozeer voor een individualistische vlucht te voeden. In andere sectoren van onze maatschappijen groeit de achting voor verschillende vormen van “spiritualiteit van het welzijn” zonder gemeenschap, voor een “theologie van de welvaart” zonder broederlijke verplichtingen of voor subjectieve ervaringen zonder gezicht, die zich beperken tot een immanente innerlijke zoektocht.