Paus Franciscus - 24 november 2013
De heilige Thomas van Aquino leerde dat er ook in de morele boodschap van de Kerk, in de deugden en de daden die daaruit voortkomen, een hiërarchie is. Vgl. H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. I-II, q. 66, art. 4-6 Wat hier telt is vooral “het geloof zich uitend in de liefde” (Gal. 5, 6). De werken van liefde voor de naaste zijn de meest volmaakte uiterlijke blijk van de innerlijke genade van de Geest: “Het belangrijkste element van de nieuwe wet is de genade van de Heilige Geest die zich openbaart in het geloof dat handelt door middel van de liefde”. H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. I-II, q. 108, art. 1 Daarom zegt hij dat de barmhartigheid, wat betreft het uiterlijk handelen, de grootste van alle deugden is: “De barmhartigheid is in zichzelf de grootste van de deugden, het komt haar immers toe te geven aan anderen en, wat meer telt, de ellende van anderen te verlichten. Dat is nu in het bijzonder de taak van wie hoger staat, daarom zegt men dat het eigen is aan God barmhartigheid te gebruiken en zijn almacht zich juist hierin openbaart”. H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. II-II, q. 30, a. 4 Vgl. H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. II-II, q. 30, art. 4, ad 1: "Wij beoefenen de eredienst jegens God met offers en uiterlijke offerandes niet in zijn voordeel, maar in dat van ons”.