
Paus Franciscus - 24 november 2013
Wij vragen aan de moeder van het levende Evangelie dat zij ten beste spreekt, opdat deze uitnodiging tot een nieuwe fase van de evangelisatie door heel de kerkgemeenschap wordt aangenomen. Zij is de vrouw van geloof, die leeft en wandelt in het geloof, Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 52-69 en “haar buitengewone pelgrimstocht van het geloof is een voortdurend referentiepunt voor de Kerk”. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de blijvende geldigheid van de missie-opdracht, Redemptoris Missio (7 dec 1990), 6 Zij heeft zich door de Geest langs een weg van het geloof naar een bestemming van dienst en vruchtbaarheid laten leiden. Wij vestigen vandaag de blik op haar, opdat zij ons helpt allen de boodschap van het heil te verkondigen en opdat de nieuwe leerlingen ijverige evangelisatoren worden. Vgl. Bisschoppensynodes, Propositiones van de 13e Gewone Bisschoppensynode over de nieuwe evangelisatie (27 okt 2012), 58 Bij deze pelgrimstocht van de evangelisatie ontbreken niet de fases van dorheid, verborgenheid en zelfs een zekere moeite, zoals die welke Maria beleefde in de jaren van Nazareth, toen Jezus opgroeide: “Dit is het begin van het Evangelie ofwel van de goede, blijde boodschap. Maar het is niet moeilijk in dat begin een bijzondere moeite van het hart op te merken, samen met een soort nacht van het geloof (om de woorden van de heilige Johannes van het Kruis te gebruiken), als het ware een “sluier” waardoorheen men moet naderen tot de Onzichtbare en leven in innige verbondenheid met het mysterie. Het is inderdaad op deze wijze dat Maria vele jaren innig verbonden bleef met het mysterie van haar Zoon en voortging op haar geloofstocht”. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de blijvende geldigheid van de missie-opdracht, Redemptoris Missio (7 dec 1990), 17