Paus Pius XII - 12 augustus 1950
Ook stellen sommigen de vraag, of de engelen persoonlijke schepselen zijn en of de materie wezenlijk verschilt van de geest. Anderen tasten de leer aan, dat de bovennatuurlijke orde een volkomen vrije gave van God is, want zij zeggen, dat God geen verstandelijke wezens kan scheppen zonder ze te bestemmen en te roepen tot de zalige Godsaanschouwing. Meer nog: het begrip van de erfzonde wordt, tegen de definities van Trente in, vervalst; zo ook het begrip van de zonde in het algemeen, als belediging van God, en het begrip van de voldoening, die Christus voor ons gebracht heeft. Ook zijn er die beweren, dat de leer van de transsubstantiatie, die zou steunen op een verouderd filosofisch begrip van substantie, zo moet worden herzien, dat de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in de heilige Eucharistie wordt herleid tot een soort symbolisme, in zover namelijk de geconsacreerde gedaanten niets anders zouden zijn dan werkdadige tekenen van de geestelijke tegenwoordigheid van Christus en van Zijn intieme vereniging met Zijn ledematen, de gelovigen, in het Mystieke Lichaam.