H. Paus Johannes Paulus II - 15 augustus 1990
EX CORDE ECCLESIAE Over Katholieke Universiteiten |
|||
► | IDENTITEIT EN OPDRACHT | ||
► | DE DIENENDE TAAK VAN DE KATHOLIEKE UNIVERSITEIT | ||
► | De dienst aan Kerk en maatschappij |
Via onderricht en onderzoek levert de katholieke universiteit aan de Kerk een onmiskenbare bijdrage. Ze behartigt namelijk de opleiding van mannen en vrouwen die - geïnspireerd door christelijke beginselen en bereid om op een volwassen en verantwoorde manier hun christelijke roeping te beleven - ook capabel zullen zijn voor verantwoordelijke posten binnen de Kerk. Dankzij de resultaten van wetenschappelijk onderzoek waarover zij beschikt, zal de katholieke universiteit de Kerk bovendien kunnen helpen om een antwoord geven op actuele problemen en noden.
Zoals iedere andere universiteit leeft de katholieke universiteit te midden van de menselijke samenleving. De dienst die zij de Kerk bewijst, kan een uitstraling hebben. Daarom is zij steeds binnen het kader van haar eigen deskundigheden geroepen om een steeds doeltreffender instrument te zijn van culturele vooruitgang zowel voor de individuele persoon als voor de maatschappij. Haar onderzoeksactiviteiten zullen dus ook de bestudering omvatten van ernstige actuele problemen zoals de waardigheid van het menselijk leven, het bevorderen van gerechtigheid voor iedereen, de kwaliteit van het beroeps- en gezinsleven, het behoud van de natuur, het zoeken naar vrede en politieke stabiliteit, een rechtvaardiger verdeling van de goederen der aarde en een nieuwe economische en politieke orde waarmee de nationale en internationale mensengemeenschap beter gediend is. Het universitaire onderzoek zal gericht moeten zijn op een grondige bestudering van wortels en oorzaken van de moeilijke problemen van onze tijd waarbij bijzonder de aandacht zal uitgaan naar de ethische en godsdienstige aspecten van deze kwesties. De katholieke universiteit zal bij gelegenheid de moed dienen te hebben om waarheden die onaangenaam zijn, toch te uiten. Daarmee verliest men wellicht de gunst van de publieke opinie, maar het is nodig om het werkelijke welzijn van de samenleving te behouden.
Twee dingen moet speciaal voorrang verleend worden: het onderzoek naar en een christelijke beoordeling van de heersende waarden en normen in de moderne samenleving en cultuur, alsook de verantwoordelijkheid om de hedendaagse maatschappij met die godsdienstige en ethische beginselen vertrouwd te maken die het mensenleven volop zin geven. Dat laatste is de tweede bijdrage die de universiteit kan leveren aan de ontwikkeling van een waarachtige christelijke antropologie waarvan de oorsprong ligt in de persoon van Christus en waardoor de dynamiek van schepping en verlossing de werkelijkheid kunnen beïnvloeden en de juiste oplossing van de problemen in het leven, in de hand kunnen werken.
De christelijke geest van dienstbaarheid met het oog op de bevordering van sociale rechtvaardigheid is voor elke katholieke universiteit van bijzonder belang. Die instelling moet eigen zijn aan de docenten en ze dient bij de studenten ontwikkeld te worden. De Kerk maakt zich sterk voor de algehele ontwikkeling van elke man en vrouw. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, De ontwikkeling van de mens en de samenleving
Twintig jaar na Populorum Progressio van Paus Paulus VI, Sollicitudo Rei Socialis (30 dec 1987), 27-34 Het evangelie, geïnterpreteerd door de sociale leer van de Kerk, is een dringend appèl om "mee te werken aan de ontwikkeling van die volkeren die worstelen om zich te bevrijden van het juk van honger, ellende, inheemse ziekten en onwetendheid; die verlangen naar een groter aandeel in de zegeningen der beschaving en naar een actievere waardering van hun menselijke kwaliteiten; die vastbesloten afgaan op het doel van hun zelfverwerkelijking". H. Paus Paulus VI, Encycliek, Over de ontwikkeling van de volken, Populorum Progressio (26 mrt 1967), 1 Iedere katholieke universiteit voelt de verantwoordelijkheid om concreet bij te dragen aan de ontwikkeling van de samenleving waarbinnen zij werkzaam is. Zo zou ze bijvoorbeeld naar middelen kunnen zoeken om de universitaire opleiding toegankelijk te maken voor allen die daarbij baat kunnen hebben, vooral de armen of leden van minderheidsgroepen die daar traditioneel geen deel aan hadden. Bovendien heeft zij verantwoordelijkheid om binnen de grenzen van haar mogelijkheden mee te werken aan de ontwikkeling van naties die nog in opkomst zijn.
Bij de inspanning om tot een antwoord te komen op deze complexe problemen die zoveel aspecten van het menselijk leven en van de maatschappij raken, zal de katholieke universiteit samenwerking moeten bepleiten tussen de diverse academische vakgebieden die bij het zoeken naar oplossingen elk al hun eigen inbreng hebben.
Aangezien elk instituut bovendien maar beperkte economische en personele mogelijkheden heeft, is de samenwerking bij gemeenschappelijke onderzoeksprojecten geboden, of deze nu door de katholieke universiteiten onderling in stand worden gebracht dan wel met andere privé- of rijksinstellingen. In deze maar ook bij andere sectoren van de specifieke activiteiten van een katholieke universiteit moet men de rol kennen van de verschillende nationale en internationale federaties van katholieke universiteiten. Met name willen we hier de opdracht vernoemen van de Internationale Federatie van de Katholieke Universiteiten, opgericht door de Heilige Stoel die van haar een samenwerking verwacht die resultaat oplevert.
Door programma's van voortgezette vorming voor volwassenen, door docenten voor consultatie beschikbaar te stellen, door gebruikmaking van de moderne communicatiemiddelen en op vele andere manieren, kan de katholieke universiteit bewerken dat de zich alsmaar ontwikkelende menselijke wetenschap en een steeds beter geloofsverstaan binnen het bereik komen van een breed publiek. Zo verleent de universiteit haar diensten tot ver buiten de puur academische kring.
Bij de dienst die men aan de samenleving bewijst zal uiteraard vooral de academische, culturele en wetenschappelijke wereld in het gebied waar de katholieke universiteit zich bevindt, gesprekspartner bij uitstek zijn. Het verdient aanmoediging dat de katholieke universiteiten met de andere universiteiten in den lande creatieve vormen van dialoog en samenwerking beoefenen, ter wille van de vooruitgang, van het onderling begrip tussen de culturen en ter wille van het behoud van de natuur vanuit een milieubesef dat over grenzen heen kijkt.
Zoals andere particuliere en openbare instellingen dienen ook de katholieke universiteiten het algemeen belang door onderzoek en hoger onderwijs; Zij vertegenwoordigen één van de verschillende soorten instellingen waardoor de culturele verscheidenheid zich vrijelijk kan uiten. Ze proberen in de samenleving en in de wereld het gevoel van solidariteit te versterken. Daarom mogen zij van de burgermaatschappij en van de burgerlijke overheid ook verwachten dat de autonomie van hun instelling alsook hun academische vrijheid erkend en beschermd worden. Eveneens mogen zij de nodige economische steun verwachten die hun voortbestaan en ontwikkeling garandeert.