27 mei 2012
“Versterk ons geloof!” (Lc. 17, 5) klinkt de bede van de apostelen aan de Heer Jezus, zodra deze zich beseffen dat het geloof, een gave van God, de enige manier is om een persoonlijke relatie met Hem te hebben en hun roeping als leerlingen te vervullen. Hun smeekbede kwam voort uit het besef dat hun beperkingen hen ervan weerhielden om anderen te vergeven. Geloof is ook nodig voor het geven van tekenen die de aanwezigheid van het Rijk Gods in de wereld aangeven. Jezus gebruikte het voorbeeld van de vijgenboom, tot op de wortels verdord, om Zijn leerlingen aan te moedigen. “‘Heb vertrouwen in God. Ik verzeker jullie: ieder die tot die berg zegt: “Verhef je en stort je in zee”, en geen twijfel heeft in zijn hart, maar erop vertrouwt dat zal gebeuren wat hij zegt, hem zal het ten deel vallen. Daarom zeg Ik jullie: alles waar je om bidt en vraagt, vertrouw erop dat je het al ontvangen hebt, en het zal je ten deel vallen” (Mc. 11, 22-24). Ook de evangelist Matteüs benadrukt het belang van geloof in het uitvoeren van goede werken. “‘Ik verzeker jullie, als je maar vertrouwen hebt en niet twijfelt, zul je niet alleen kunnen doen wat met de vijgenboom is gebeurd; maar ook als jullie tot deze berg hier zeggen: “Verhef je en stort je in zee”, zal het gebeuren” (Mt. 21, 21).
Bij verscheidene gelegenheden vermaande de Heer Jezus ‘de Twaalf’ om hun gebrek aan geloof. Op de vraag waarom zij een duivel niet konden uitdrijven, reageerde de Meester: “Vanwege jullie gebrek aan geloof” (Mt. 17, 20). Op het Meer van Tiberias, voordat Hij de storm kalmeerde, berispte Jezus zijn leerlingen: “Waarom zijn jullie bang, kleingelovigen?” (Mt. 8, 26). Zij dienden zich aan God en de voorzienigheid over te geven, en zich niet druk te maken om materiële dingen. “Als God nu het gras op het veld, dat er vandaag staat en morgen in de oven wordt gegooid, zo kleedt, hoeveel te meer kleedt Hij dan jullie, kleingelovigen?” (Mt. 6, 30). Vgl. Lc. 12, 28 Iets vergelijkbaars gebeurt voor de broodvermenigvuldiging. Geconfronteerd met het feit dat de leerlingen waren vergeten brood mee te nemen naar de overkant van het meer, zegt de Heer Jezus: “Waarom, kleingelovigen, praten jullie er met elkaar over dat je geen brood hebt? Besef je het nóg niet? En herinneren jullie je niet de vijf broden voor de vijfduizend en hoeveel korven je hebt opgehaald?” (Mt. 16, 8-9).
Het Evangelie van Matteüs heeft bijzondere aandacht voor het verhaal van Jezus die over het water naar de apostelen in de boot loopt. Na de apostelen te hebben gerustgesteld, reageert Hij op de uitdaging van Petrus: “Heer, als U het bent, laat me dan over het water naar U toekomen” (Mt. 14, 28). In eerste instantie loopt Petrus zonder problemen over het water naar Jezus. “Toen hij lette op de kracht van de wind, werd hij bang, en toen hij begon te zinken, schreeuwde hij: ‘Heer, red me.’ Meteen stak Jezus zijn hand uit en greep hem vast. Hij zei: ‘Kleingelovige, waarom heb je getwijfeld?’” (Mt. 14,30-31). Daarna stappen Jezus en Petrus samen in de boot en gaat de wind liggen. De leerlingen, getuigen van dit geweldige gebeuren, werpen zich voor de Heer neer en belijden hun geloof: “Werkelijk, U bent de Zoon van God” (Mt. 14, 33).
In onze tijd is de ervaring van Petrus ook die van vele gelovigen, evenals hele christengemeenschappen, in het bijzonder in landen die vanouds christelijk zijn. Verschillende kerken zien zelfs een afname in de sacramentele en christelijke praktijk vanwege een gebrek aan geloof onder hun leden. Dat gaat zelfs zo ver dat sommigen zelfs ‘ongelovigen' kunnen worden genoemd. Vgl. Mt. 17, 17 Vgl. Mt. 13, 58 Tegelijkertijd beginnen vele kerken, na in eerste instantie groot enthousiasme te hebben getoond, nu tekenen van vermoeidheid en afkeer te vertonen ten overstaan van ingewikkelde situaties in de moderne wereld. Zoals Petrus worden zij angstig voor tegenwerkende krachten en verschillende soorten verleidingen, evenals uitdagingen die hun menselijke krachten te boven gaan. Maar, net zoals Petrus’ verlossing alleen van Christus afkomstig was, zo kunnen ook de gelovigen de verlossende genade van Christus ervaren, als zij persoonlijk betrokken raken als leden van een kerkgemeenschap. Alleen de Heer Jezus kan Zijn hand uitsteken en het zekere pad aanwijzen op de reis van het geloof.
Deze korte overwegingen over het geloof in de Evangelieën kunnen helpen het onderwerp van de XIII Algemene Vergadering van de Bisschoppensynode te illustreren: “De Nieuwe Evangelisatie voor het Doorgeven van het christelijk Geloof”. Het belang van het geloof wordt verder benadrukt door de beslissing van de heilige vader, Paus Benedictus XVI, om een Jaar van het Geloof te vieren, dat begint op 11 oktober 2012, als herdenking van de vijftigste verjaardag van de opening van het Tweede Vaticaans Concilie en de twintigste verjaardag van de publicatie van de Catechismus-Compendium
Catechismus van de Katholieke Kerk
(15 augustus 1997). Beide herdenkingen zullen plaatsvinden tijdens de viering van de Synode. Wederom hebben de woorden van de Heer aan de Heilige Petrus de Apostel, de rots waarop Hij Zijn Kerk heeft gebouwd, een bijzondere betekenis Vgl. Mt. 16, 19
: “Ik heb voor je gebeden dat je geloof niet zou bezwijken; als je eenmaal tot inkeer bent gekomen, sterk dan op jouw beurt je broeders” (Lc. 22, 32). “De deur van het geloof” (Hand. 14, 27) zal wederom open staan voor ons allen.
Het doel van evangelisatie tegenwoordig is, zoals altijd, het doorgeven van het christelijk geloof. Deze taak geldt met name de gemeenschap van volgelingen van Jezus, die zijn georganiseerd in specifieke kerken, diocesaan en eparchisch, wier gelovigen regelmatig samenkomen voor liturgische vieringen, om het Woord van God te horen, de Sacramenten te vieren – in het bijzonder de Eucharistie – en de schat van het geloof willen doorgeven aan de leden van hun gezinnen, gemeenschappen en parochies. Zij voeren deze taak uit door te verkondigen en te getuigen van het christelijk leven, door het catechumenaat, de catechese en de liefdadigheid. Evangelisatie is in het algemeen het dagelijks werk van de Kerk. Met behulp van de Heilige Geest kan deze zogenaamde algemene evangelisatie worden toegerust met hernieuwde ijver. Nieuwe methoden en nieuwe uitdrukkingsvormen zijn nodig om aan de mensen van vandaag de eeuwige waarheid van Jezus Christus, altijd nieuw en de bron van al het nieuwe, over te brengen. Alleen een gezond en sterk geloof, waarvan op treffende wijze de levens van de martelaren getuigen, kan een impuls geven aan vele pastorale korte- en langetermijnprojecten, nieuw leven blazen in bestaande structuren en aansporen tot een pastorale creativiteit die voldoet aan de noden van mensen vandaag en de verwachtingen van de moderne maatschappij.
Deze hernieuwde dynamiek in de christengemeenschap zal leiden tot een hernieuwde missionaire activiteit (missio ad gentes) die nu, meer dan ooit, nodig is, gezien het grote aantal mensen die Jezus Christus niet kennen, niet alleen ver weg, maar ook in al geëvangeliseerde landen.
Door zich te laten bezielen door de Heilige Geest zullen Christenen beter zijn toegerust op hun broeders en zusters die, ondanks hun Doopsel, zijn afgedreven van de Kerk en de christelijke praktijk. De nieuwe evangelisatie is hoofdzakelijk gericht op deze mensen, zodat zij de schoonheid van hun christelijk geloof en de vreugde van een persoonlijke relatie met de Heer Jezus in de Kerk en de gemeenschap van gelovigen kunnen herontdekken.
Dit Instrumentum laboris behandelt de hiervoor genoemde onderwerpen en zal dienen als de agenda voor de komende synodale vergadering. Het document is een samenvatting van de antwoorden op de vragen in de Bisschoppensynodes
Lineamenta Nieuwe evangelisatie voor het overdragen van het christelijk geloof
Voor de 13e Gewone Bisschoppensynode - oktober 2012
(2 februari 2011), die werden ingediend door de bisschoppensynode van de Oosterse Katholieke Kerken sui iuris, de bisschoppenconferenties, de afdelingen van de Romeinse Curie en de Unie van Generaal-Oversten, evenals andere instanties en gemeenschappen van gelovigen die wensten deel te nemen aan de bezinning van de Kerk op het onderwerp van de Synode. Bijgestaan door de Algemene Raad en de waardevolle bijdragen van experts, heeft het Algemeen Secretariaat van de Bisschoppensynode dit document, dat vele veelbelovende aspecten beschrijft van evangelisatie in de Kerk op alle vijf continenten, voorbereidt. Tegelijkertijd stelt het verschillende onderwerpen ter overweging voor, zodat de Kerk haar evangelisatiewerk op toereikende wijze kan blijven uitvoeren en rekening kan houden met de vele uitdagingen en moeilijkheden van deze tijd. Aangemoedigd door de woorden van de Heer: “Jullie moeten je niet zo laten verontrusten. Jullie geloven in God; geloof zo ook in Mij!” (Joh. 14, 1) en duidelijk geleid door de heilige vader, Paus Benedictus XVI, bereiden de synodevaders zich voor om deze zaken te overwegen in een sfeer van gebed, luisteren en affectieve en effectieve eenheid. Zij zullen dit niet alleen ondernemen; ze zullen worden vergezeld door hen die voor de synode blijven bidden. Met de eenheid van de Zegevierende Kerk in het oog vertrouwen de leden van de XXIII Algemene Vergadering op de voorspraak van de heiligen, in het bijzonder de Maagd Maria, die gezegend is omdat zij “geloofd heeft dat de woorden van de Heer in vervulling zullen gaan” (Lc. 1, 45).
De Algoede en Genadige God reikt steeds zijn hand uit naar de mensheid en de Kerk en is altijd bereid recht te doen aan Zijn uitverkorenen, die uitgenodigd zijn Zijn hand te pakken en, in vertrouwen, Zijn hulp te zoeken. Dit moet niet zomaar worden aangenomen, zoals de krachtige woorden van Jezus aangeven: “Maar als de Mensenzoon komt, zal Hij dan werkelijk dit geloof op aarde vinden?” (Lc. 18, 8). Daarom moeten op dit moment de Kerk en alle Christenen het volgende gebed steeds opnieuw herhalen: “Ik geloof! Kom mijn ongeloof te hulp!” (Mc. 9, 24).
Om te verzekeren dat deze synodale vergadering voldoet aan de verwachtingen en de noden van de Kerk in onze tijd, roepen we de Heilige Geest aan, die God “overvloedig over ons heeft uitgestort door Jezus Christus onze redder” (Tit. 3, 6), en roepen we wederom tot de Heer Jezus: “Versterk ons geloof!” (Lc. 17, 5).
Nikola Eterovi?
Titulair Aartsbisschop van Cibale
Algemeen Secretaris
Vaticaanstad, 27 mei 2012
Het Hoogfeest van Pinksteren