MYSTICI CORPORIS CHRISTIOver het mystieke lichaam van Christus en over de vereniging die wij daarin bezitten met Christus
(Soort document: Paus Pius XII - Encycliek)
Paus Pius XII -
29 juni 1943
Aan deze Geest van Christus moet men het ook als aan het onzichtbaar beginsel toeschrijven, dat alle delen van het lichaam zowel met elkaar als met hun verheven hoofd worden verbonden, daar Hij geheel in het hoofd is, geheel in het lichaam en geheel in ieder van de ledematen. Hij is in hen aanwezig en staat hen bij volgens ieders afzonderlijke opdracht en taak, volgens de grotere of geringere graad van geestelijke gezondheid, die ieder afzonderlijk geniet. Hij moet beschouwd worden als degene, die door Zijn hemelse levensadem in alle delen van het lichaam het beginsel is van iedere daad, die waarlijk leven verwekkend en zaligmakend is. Hij is het, die ofschoon in alle ledematen tegenwoordig en in allen op goddelijke wijze werkend, toch de lagere leden door de dienst der hogere organen beïnvloedt; Hij is het eindelijk, die de Kerk door de werking van Zijn genade steeds nieuwe wasdom schenkt; maar Hij ook, die weigert om met Zijn heiligmakende genade te wonen in de ledematen, die volkomen van het lichaam zijn afgesneden. Deze tegenwoordigheid en werking van de Geest van Jezus Christus heeft onze wijze voorganger Leo XIII z.g. in zijn encycliek
Paus Leo XIII - Encycliek
Divinum Illud Munus
Over de Heilige Geest
(9 mei 1897) met de volgende woorden kort en krachtig aangeduid: "Wij mogen volstaan met vast te stellen, dat Christus wel het hoofd is van de Kerk maar dat de Heilige Geest haar ziel is."
Paus Leo XIII, Encycliek, Over de Heilige Geest, Divinum Illud Munus (9 mei 1897), 33