TIJDENS DE H. MIS OP DE DOMPLATZ TE ERFURT
(Soort document: Paus Benedictus XVI - Homilie)
Paus Benedictus XVI -
24 september 2011
TIJDENS DE H. MIS OP DE DOMPLATZ TE ERFURT
Dierbare broeders en zusters,
“Loof de Heer ten allen tijde, want Hij is goed”: ziedaar wat we zojuist voor het Evangelie gezongen hebben. Ja, waarlijk, we hebben reden om God uit heel ons hart te danken. Als wij in gedachten terugkeren naar deze stad in het jaar 1981, het jubeljaar van de heilige Elizabeth, dertig jaar geleden ten tijde van de DDR – wie zou dan gedacht hebben dat de muur en de prikkeldraad aan de grenzen kort nadien zouden neergehaald worden? En als we nog meer in de tijd terugkeren, ongeveer zeventig jaar geleden, in 1941, ten tijde van het nationaalsocialisme onder de Grote Oorlog – wie zou kunnen voorspeld hebben dat het “duizendjarige Rijk” vier jaar later in as zou gelegd zijn?
Dierbare broeders en zusters, hier in Thüringen en in de toenmalige Duitse Democratische Republiek, heeft u een bruine (nazistische) en een rode (communistische) dictatuur moeten ondergaan, die voor het christelijk geloof het effect van zure regen teweeg brachten. De talrijke naweeën van die tijd doen zich nog gevoelen, vooral op intellectueel en religieus vlak. Nu leeft de meerderheid van de inwoners van dit land ver weg van het geloof in Christus en van de gemeenschap met de Kerk. Toch heeft men in de twee laatste decennia ook positieve ervaringen kunnen bemerken: een vrijere horizon, uitwisseling over de grenzen heen, vertrouwen in de zekerheid dat God ons niet verlaat en dat Hij ons op nieuwe wegen leidt. “Waar God is, is er toekomst.”
Wij zijn er allen van overtuigd dat de nieuwe vrijheid geholpen heeft om de mens meer waardigheid te geven en talrijke nieuwe mogelijkheden te openen. Vanuit het standpunt van de Kerk, kunnen wij dankbaar benadrukken dat vele faciliteiten verleend werden: nieuwe mogelijkheden voor parochiële activiteiten, herstructurering en uitbreiding van kerken en parochiële centra, diocesane initiatieven van pastorale of culturele aard. Maar voor ons blijft de vraag: gaan deze mogelijkheden gepaard met een groei in het geloof? Moet misschien niet beter gezocht worden naar de diepe wortels van het geloof en het christenleven dan naar sociale vrijheid? Het is juist in de moeilijke situatie van uitwendige verdrukking dat vele Katholieken vastberaden trouw bleven aan Christus en de Kerk. Waar staan wij vandaag? Deze personen hebben het aanvaard op persoonlijk vlak benadeeld te worden om hun geloof te beleven. Ik zou hier de priesters willen danken, hun medewerkers en medewerksters uit die tijd. Ik zou in het bijzonder de vluchtelingenpastoraat onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog voor de geest willen halen: vele geestelijken en leken hebben toen grote dingen gedaan om het leed van de ballingen te verlichten en hun een nieuw vaderland te geven. Vooral richt ik mijn diepe dank tot de ouders die in de diaspora en in een politiek klimaat dat de Kerk vijandig was, hun kinderen in het Katholiek geloof hebben opgevoed. Dankbaar zou ik bijvoorbeeld willen herinneren aan de godsdienstige Weken voor Kinderen die in de vakanties plaatshadden, en aan het vruchtbare werk van de Huizen voor de Katholieke Jeugd, “Sint Sebastiaan” in Erfurt en “Marcel Callo” in Heiligenstadt. Vooral in Eichsfeld hebben vele Katholieke Christenen weerstand geboden aan de communistische ideologie. Dat God ieders volharding in het geloof ruimschoots vergoede! Het moedige getuigenis en een geduldig leven met Hem, het geduldig vertrouwen op Gods Voorzienigheid, het zijn kostbare zaadjes die overvloedige vruchten beloven voor de toekomst.
Gods aanwezigheid manifesteert zich altijd op een bijzonder heldere manier in de heiligen. Hun geloofsgetuigenis kan ons ook vandaag nog moed geven voor een heropleving. Denken wij hier vooral aan de heilige patronen van het bisdom Erfurt:
Paus Benedictus XVI - Audiëntie
H. Elisabeth van Hongarije
(20 oktober 2010),
Paus Benedictus XVI - Audiëntie
H. Bonifatius
3e catechese in deze reeks over grote middeleeuwse kerkelijke auteurs
(11 maart 2009) en Kilian. Elizabeth kwam uit een vreemd land, uit Hongarije, naar de Wartburg in Thüringen. Zij leidde een leven van intens gebed, boete en evangelische armoede. Zij kwam regelmatig uit haar kasteel en zorgde in de stad Eisenach voor armen en zieken. Haar leven op deze aarde duurde heel kort – zij werd slechts vierentwintig jaar – maar de vrucht van haar heiligheid duurt eeuwenlang. De heilige Elizabeth genoot grote achting, ook onder evangelische christenen; zij kan ons allen helpen om de volheid van het geloof te ontdekken, zijn schoonheid en diepgang en omvormende en zuiverende kracht, en om het in ons dagelijks leven door te geven.
De stichting in 742 van het bisdom Erfurt door de Paus Benedictus XVI - Audiëntie
H. Bonifatius
3e catechese in deze reeks over grote middeleeuwse kerkelijke auteurs
(11 maart 2009), herinnert ons aan de christelijke wortels van ons land. Dit gebeuren is tevens de eerste gedocumenteerde vermelding van de stad Erfurt. De missionaire bisschop was uit Engeland gekomen en overeenkomstig zijn manier van werken, handelde hij in nauwe eenheid en samenwerking met de Bisschop van Rome, de opvolger van de Heilige Petrus. Hij wist dat de Kerk rond Petrus moest verenigd zijn. Wij vereren hem als de “apostel van Duitsland”; hij stierf als martelaar. Twee van zijn gezellen die voor het christelijk geloof met hun bloed getuigden, zijn hier in de kathedraal van Erfurt begraven: de heiligen Eoban en Adelar.
Eerder dan de Angelsaksische missionarissen, was de heilige Kilian werkzaam in Thüringen, als rondtrekkend missionaris afkomstig uit Ierland. Met twee gezellen stierf hij als martelaar in Würzburg, omdat hij het immoreel gedrag van de hertog van Thüringen die daar resideerde, openlijk aanklaagde. Tenslotte willen we de heilige Severius niet vergeten, patroon van de Severiuskerk, hier op de Domplatz Noot van de vert.: het plein voor de kathedraal: in de IVe eeuw was hij bisschop van Ravenna; in 836 werd zijn lichaam naar Erfurt gebracht om het christelijk geloof in deze streek dieper ingang te doen vinden. Van de doden komt het levendig getuigenis van de eeuwigdurende Kerk, van het geloof dat alle tijden vruchtbaar maakt en ons de weg van het leven toont.
En nu de vraag: wat is de overeenkomst tussen deze heiligen? Hoe kunnen wij de eigenheid van hun leven voor het onze vruchtbaar laten zijn? De heiligen tonen ons vooreerst dat het mogelijk en goed is de band met God radicaal te beleven, God op de eerste plaats te zetten en niet eender waar of in de verste hoek. De heiligen doen ons de realiteit begrijpen dat God zich als eerste naar ons toe heeft gekeerd. Wij zouden niet tot bij Hem kunnen komen, ons hoe dan ook in het onbekende kunnen gooien, indien Hij ons niet het eerst had bemind, indien Hij ons niet het eerst was tegemoet gekomen. Nadat Hij zich voor de aartsvaders toegankelijk gemaakt had door hen te roepen, heeft Hij zichzelf getoond in Christus Jezus en blijft Hij zich tonen in Hem. Christus komt ons ook vandaag tegemoet; Hij spreekt tot iedereen, zoals Hij vroeger in het Evangelie gedaan heeft; en Hij nodigt ieder van ons uit naar Hem te luisteren, Hem te leren begrijpen en te volgen. De heiligen hebben deze oproep en mogelijkheid naar waarde geschat; zij hebben een concrete God erkend; zij hebben Hem gezien en naar Hem geluisterd; zij zijn Hem tegemoet gegaan en zijn met Hem op weg gegaan; zij hebben zich bij wijze van spreken door Hem laten aansteken en hebben zich naar Hem uitgestrekt vanuit het intiemste dat zij bezaten – de voortdurende dialoog van het gebed; zij hebben van Hem het licht gekregen dat de deur van het ware leven voor hen heeft geopend.
Het geloof is altijd ook essentieel geloven-met-de-anderen. Niemand kan op z’n eentje geloven. Wij krijgen het geloof – dit leert ons de heilige Paulus – door te luisteren en luisteren is essentieel voor het gehele zijn, voor lichaam en geest. Alleen in het grote samen-zijn van de gelovigen van alle tijden - zij die Christus gevonden hebben en zich door Hem hebben laten vinden - kan ik geloven. Het feit te kunnen geloven heb ik vooreerst aan God te danken die zich tot mij richt en die bij wijze van spreken mijn geloof ontsteekt. Maar heel concreet heb ik mijn geloof te danken aan hen die dicht bij mij staan, die voor mij geloofd hebben en met mij geloven. Dit grote “met”, zonder hetwelk geen persoonlijk geloof kan bestaan, is de Kerk. En deze Kerk stopt niet aan de grenzen van dit land, zoals de nationaliteit aantoont van de heiligen die ik vermeld heb: Hongarije, Engeland, Ierland en Italië. Ja, het is fundamenteel voor de wording van de Kerk van ons land, fundamenteel voor alle tijden, dat wij samen geloven door de grenzen van de continenten te overstijgen en dat wij van de anderen leren geloven. Als wij openstaan voor heel het geloof uit heel de geschiedenis en in alle getuigenissen van de hele Kerk, heeft het katholieke geloof toekomst, zelfs als een publieke kracht in Duitsland. De figuren van de heiligen die ik in herinnering bracht, tonen tegelijk de grote vruchtbaarheid van een leven met God, van deze radicale liefde voor God en de naaste. Zelfs daar waar zij weinig talrijk zijn, veranderen heiligen de wereld; grote heiligen blijven voor alle tijden een kracht die verandering brengt.
De politieke veranderingen in uw land in het jaar 1989, waren niet alleen gemotiveerd door het verlangen naar welzijn en bewegingsvrijheid, maar doorslaggevend door het verlangen naar waarachtigheid. Dit verlangen werd meer bepaald in stand gehouden door personen die helemaal ten dienste stonden van God en de naaste met de beschikbaar hun leven te offeren. Samen met de reeds genoemde heiligen, geven deze personen ons de moed gebruik te maken van de nieuwe situatie. Wij willen ons niet verbergen achter een louter privaat geloof, maar wij willen op een verantwoorde manier de verkregen vrijheid benutten. Zoals de heiligen Kilian,
Paus Benedictus XVI - Audiëntie
H. Bonifatius
3e catechese in deze reeks over grote middeleeuwse kerkelijke auteurs
(11 maart 2009), Adelar, Eoban en
Paus Benedictus XVI - Audiëntie
H. Elisabeth van Hongarije
(20 oktober 2010), willen wij onze medeburgers als Christenen tegemoet gaan en hen uitnodigen de volheid van de Blijde Boodschap met ons te ontdekken. Dan zullen wij gelijken op de beroemde klok van de kathedraal van Erfurt, die “Gloriosa” heet. Zij wordt als de grootste vrijbewegende Middeleeuwse klok ter wereld beschouwd. Zij is een levend teken van onze diepe verankering in de christelijke traditie, maar ook een signaal dat ons gegeven wordt om op weg te gaan en ons voor de zending te engageren. Zij zal ook vandaag, op het einde van deze Hoogmis luiden. Moge zij ons voortstuwen, naar het voorbeeld van de heiligen, om het voorbeeld van Christus zichtbaar en hoorbaar te maken voor de wereld, om Gods glorie zichtbaar en hoorbaar te maken, om te kunnen leven in een wereld waar God aanwezig zal zijn en waar het leven mooi en zinvol zal zijn.
Amen.
© 2011, Libreria Editrice Vaticana
Vert.: Sorores Christi; alineaverdeling en -nummering: redactie