• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

HET OCTAAF VAN PASEN

Beste broeders en zusters,

Tijdens deze eerste dagen van de Paastijd, die door gaat tot Pinksteren zijn we nog vervuld van de frisheid en de nieuwe vreugde waarmee de liturgische vieringen ons hart vervuld hebben. Bijgevolg zou ik vandaag met u kort willen nadenken over Pasen, het hart van het christelijk mysterie. Inderdaad alles vertrekt daarvan : Christus verrezen uit de doden is het fundament van ons geloof. Vanuit Pasen straalt, zoals vanuit een wit gloeiende lichtbron, heel de liturgie van de Kerk, daaraan haar inhoud en betekenis ontleend. De liturgische viering van de dood en de verrijzenis van Christus, is niet een eenvoudige herdenking van dit gebeuren, maar zij is er de mysterievolle actualisatie van, voor het leven van elke Christen en van elke kerkelijke gemeenschap, voor ons leven. Immers, het geloof in de verrezen Christus omvormt het bestaan, door in ons een voortdurende verrijzenis te bewerken, zoals S. Paulus het schreef aan de eerste Christenen: 'Eens waart gij duisternis, nu zijt gij licht door uw gemeenschap met de Heer. Leeft dan ook als kinderen van het licht, en de vrucht van het licht kan alleen maar zijn : goedheid, gerechtigheid, waarheid.' (Ef. 5, 8-9)

Hoe kan heel ons innerlijk en uiterlijk bestaan 'Pasen' worden? We moeten vertrekken van een authentiek begrip van de verrijzenis van Jezus: een dergelijke gebeurtenis is niet een simpele terugkeer naar het vorig leven, zoals het was voor Lazarus, voor het dochtertje van Jaïrus of voor de jongeling van Naïm, maar het is iets totaal nieuw en verschillend. De verrijzenis van Christus is de toegang tot een leven niet meer onderworpen aan de eindigheid van de tijd maar een leven ondergedompeld in de eeuwigheid van God. In de verrijzenis van Jezus begint een nieuwe toestand in het mens zijn, die ons dagelijks leven verlicht en omvormt en een toekomst opent kwalitatief verschillend en nieuw voor heel de mensheid. Dat is de reden waarom S. Paulus niet alleen de verrijzenis van de Christenen onafscheidelijk verbindt met die van Jezus Vgl. 1 Kor. 15, 16.20 , maar dat hij eveneens aanduidt hoe wij het paasmysterie moeten beleven in het dagelijks leven.

In de Brief aan de Kolossenzen zegt hij : 'Als gij dan met Christus ten leven zijt gewekt, zoekt wat boven is, daar waar Christus zetelt aan de rechterhand Gods. Zint op het hemelse niet op het aardse.' (Kol. 3, 1-2). Op het eerste zicht, bij het lezen van deze tekst, zou men kunnen denken dat de Apostel het misprijzen van de aardse werkelijkheid bevordert ons uitnodigend deze wereld van lijden, onrecht en zonden te vergeten om reeds in het hemels paradijs te leven. De gedachte van de 'hemel' zou dan een soort vervreemding zijn. Maar om de ware betekenis van deze Paulinische beweringen te verstaan, volstaat het hen niet te scheiden van de samenhang. De Apostel beschrijft nauwkeurig wat hij verstaat onder 'de zaken van hierboven', die de Christen moet zoeken, en 'de zaken van hierbeneden' die hij moet vermijden: S.Paulus schrijft 'maakt dus radicaal een einde aan immorele praktijken, ontucht, onzedelijkheid, hartstocht, begeerlijkheid en hebzucht die gelijk staat met afgoderij.' (Kol. 3, 5-6). Het nooit voldane verlangen naar materiële goederen, het egoïsme, wortel van elke zonde in ons versterven. Dus, wanneer de Apostel de Christenen uitnodigt om zich met beslistheid te onthechten aan de 'dingen van de wereld', bedoelt hij duidelijk deze die behoren tot de 'oude mens' waar de christen zich moet van ontdoen, om zich te bekleden met Christus.

Evenals S. Paulus duidelijk de dingen noemt waaraan wij ons hart niet moeten hechten, zo noemt hij even duidelijk de 'dingen van omhoog' die de Christen daarentegen moet zoeken en smaken. Het betreft deze die behoren tot de 'nieuwe mens', die zich bekleed heeft met Christus eens en voor goed in het doopsel, maar die altijd nood heeft om zich te hernieuwen 'naar het beeld van zijn Schepper' (Kol. 3, 10). Ziehier hoe de Apostel van de Heidenen de 'dingen van hierboven' beschrijft : 'Doet dan aan, als Gods heilige en geliefde uitverkorenen, tedere ontferming, goedheid, deemoed, zachtheid en geduld. Verdraagt elkander en vergeeft elkander (...)' (Kol. 3, 12-14). S. Paulus nodigt de Christenen dus helemaal niet uit om de wereld te vluchten waarin God hen geplaatst heeft. Het is waar dat wij burgers zijn van een andere 'stad' waarin ons echte vaderland is, maar we moeten elke dag hier op aarde de weg doorlopen naar dit doel. Deelnemend vanaf nu aan het leven van de verrezen Christus, moeten we leven als nieuwe mensen in deze wereld, in het hart van de aardse stad.

En dit is de weg niet enkel om onszelf om te vormen, maar om een nieuw gezicht te geven aan de aardse stad dat de ontwikkeling van de mens en van de samenleving bevordert volgens de logica van de solidariteit, de goedheid, in het diepe respect van de waardigheid van elkeen. De Apostel herinnert er ons aan welke de deugden zijn die het christelijk leven moeten vergezellen ; bovenaan, is er de liefde, waaraan al de andere zijn verbonden zoals aan een bron en als aan de baarmoeder. Ze vat samen en omvat 'de dingen van boven' : de liefde die, met het geloof en de hoop, de grote regel van het christelijk leven vertegenwoordigen en er de diepe natuur van bepalen.

Pasen brengt dus de nieuwheid van een diepe en totale overgang van een leven onderworpen aan de slavernij van de zonde naar een leven in vrijheid, bezield door de liefde, die alle hindernissen neerslaat en een nieuwe harmonie opbouwt in zijn hart en met betrekking tot de anderen en tot de dingen. Iedere Christen, evenals elke gemeenschap, indien hij de ervaring van deze overgang van verrijzenis beleeft kan niet missen een nieuwe gist te zijn in de wereld, als hij zich zonder reserve geeft voor de meest dringende en rechtvaardige zaken, zoals het leven van de heiligen ons toont in elke eeuw en overal. De verwachtingen van onze tijd zijn eveneens talrijk: wij, Christenen, vast gelovend dat de verrijzenis van Christus de mens vernieuwd heeft zonder hem uit te sluiten van de wereld waarin hij zijn geschiedenis heeft opgebouwd, moeten lichtgevende getuigen zijn van dit nieuwe leven dat Pasen ons bijgebracht heeft. Pasen is dus een gave die steeds dieper moet ontvangen worden in geloof, om te kunnen handelen in alle situaties, met de genade van Christus, volgens de logica van God, de logica van de liefde. Het licht van de verrijzenis van Christus moet doordringen in de wereld, moet toekomen als een boodschap van waarheid en leven bij alle mensen doorheen ons dagelijks getuigenis.

Beste vrienden, ja, Christus is waarlijk verrezen! Wij kunnen niet enkel voor onszelf het leven en de vreugde bewaren die Hij ons gegeven heeft in zijn Pasen, maar wij moeten ze doorgeven aan hen die ons benaderen. Zo is onze plicht en onze missie : doen herboren worden in het hart van onze naaste: hoop daar waar wanhoop is, vreugde daar waar droefheid is, leven daar waar dood is. Elke dag getuigen van de vreugde van de verrezen Heer betekent altijd leven op een 'Paaswijze' en de blijde boodschap laten weerklinken dat Christus geen idee of een herinnering is uit het verleden, maar een Persoon die leeft met ons, voor ons en in ons, en met Hem, voor Hem en in Hem, kunnen wij de nieuwe wereld maken Vgl. Openb. 21, 5 .

Document

Naam: HET OCTAAF VAN PASEN
Soort: Paus Benedictus XVI - Audiëntie
Auteur: Paus Benedictus XVI
Datum: 27 april 2011
Copyrights: © 2011, Libreria Editrice Vaticana
Vert.: Sorores Christi; alineaverdeling en -nummering: redactie
Bewerkt: 7 november 2019

Referenties naar dit document

 
Geen documenten gevonden!
 
Geen berichten gevonden!

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test