H. Paus Johannes Paulus II - 24 februari 1980
Alvorens ertoe over te gaan dit onderwerp van de viering van het Allerheiligst Offer meer in detail te bespreken, wil ik eerst nog eens in het kort onderstrepen hoe de verering van de Eucharistie de ziel vormt van heel het Christelijk leven. Het Christelijk leven vindt immers haar vervulling in het onderhouden van het grootste gebod, dat van de liefde tot God en de naaste. Welnu, die liefde vindt haar bron juist in het Allerheiligst Sacrament, wat dan ook meestal het sacrament van de liefde wordt genoemd.
De Eucharistie betekent deze liefde, waardoor zij er de gedachtenis van is; zij stelt haar tegenwoordig en brengt haar telkens tot stand. Telkens wanneer wij welbewust deelnemen aan de Eucharistie, wordt voor onze ziel iets van die onpeilbare liefde ontsloten waarin alles vervat ligt wat God voor de mensen gedaan heeft en nog onophoudelijk blijft doen, volgens dat woord van Christus: 'Mijn Vader is voortdurend aan het werk, en ook Ik houd niet op met werken'. (Joh. 5, 17) Tegelijk met deze onnaspeurlijke en om niet geschonken gave van de geopenbaarde liefde - geopenbaard namelijk tot het uiterste toe in het heilbrengende offer van de Zoon van God, waarvan de Eucharistie het onuitwisbaar teken is - wordt in ons hart een antwoord van wederliefde verwekt. Wij hebben de liefde immers niet alleen leren kennen, maar beginnen ook zelf lief te hebben. Wij betreden om zo te zeggen de weg van de liefde en maken daar vervolgens vooruitgang op. Uit de Eucharistie wordt in ons de liefde geboren, en dank zij haar krijgt zij diepere wortels en wordt zij sterker.
Daarom is de verering van de Eucharistie werkelijk een uiting van deze liefde die het ware en diepste kenmerk is van de Christelijke roeping. Deze verering vloeit immers voort uit die liefde waartoe wij allemaal in Christus Jezus geroepen zijn, terwijl zij haar tevens bevordert. Cf. Prayer after communion of the Mass for the Twenty-second Sunday in Ordinary Time: "Lord, you renew us at your table with the bread of life. May this food strengthen us in love and help us to serve you in each other": Missale Romanum, ed. cit., p. 361. Bovendien is het een levende vrucht van deze verering, dat het beeld van God dat wij in ons dragen, en dat beantwoordt aan het beeld dat Christus ons heeft geopenbaard, erdoor tot volmaaktheid komt. Zo worden wij aanbidders van de Vader 'in geest en waarheid', (Joh. 4, 23) en groeien wij naar een steeds vollediger eenheid met Christus; wij raken steeds hechter met Hem verbonden en, als ik mij zo mag uitdrukken, worden, steeds meer solidair met Hem.
De leer over de Eucharistie als teken van eenheid en band van liefde, zoals sint Paulus die heeft overgeleverd, Vgl. 1 Kor. 10, 17 Vgl. H. Augustinus, In Iohannis Evangelium Tractatus. 31, 13; PL 35, 1613 Vgl. Concilie van Trente, 13e Zitting - Decreet over het Sacrament van de Eucharistie, Sessio XIII - Decretum de SS. Eucharistia (11 okt 1551), 24 Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 7 is na hem uitgediept in de geschriften van zeer veel heiligen die ons aldus levendige voorbeelden verschaffen van verering van de Eucharistie. Dit moeten wij voortdurend voor ogen houden, en er ons tegelijkertijd voor inzetten dat ook onze generatie aan die bewonderenswaardige voorbeelden uit het verleden enkele nieuwe toevoegt, die niet minder levendig en welsprekend zijn en die bij de omstandigheden passen waar wij vandaag de dag in leven.