Paus Benedictus XVI - 19 januari 2011
Het thema dat dit jaar voor de Gebedsweek gekozen werd, verwijst naar de ervaring van de eerste christengemeenschap in Jeruzalem, zoals zij beschreven wordt in de Handelingen van de Apostelen; we hebben de tekst beluisterdNoot. v.d. red.: Als onderdeel van de audiëntie wordt namelijk eerst een stuk uit de Bijbel gelezen: “Zij legden zich ernstig toe op de leer der apostelen, bleven trouw aan het gemeenschappelijk leven en ijverig in het breken van het brood en in het gebed” (Hand. 2, 42). Wij moeten voor ogen houden dat de Heilige Geest reeds met Pinksteren neerdaalde over mensen van verschillende taal en cultuur: dat betekent dat de Kerk van bij de aanvang, mensen omvat van verschillende oorsprong, doch het is juist vanuit die verschillen dat de Geest één enkel lichaam schept. Als beginmoment van de Kerk is Pinksteren een teken dat Gods Verbond zich uitbreidt tot alle schepselen, volken en tijden, opdat heel de schepping haar ware doel tegemoet zou gaan als plaats van eenheid en liefde.
In het citaat uit de Handelingen van de Apostelen, bepalen vier karakteristieken de eerste christengemeenschap van Jeruzalem als plaats van eenheid en liefde; en de heilige Lucas wil niet alleen iets uit het verleden beschrijven. Hij geeft ons dit model als norm voor de hedendaagse Kerk, omdat deze vier karakteristieken altijd het leven van de Kerk moeten uitmaken. De eerste karakteristiek, verenigd en standvastig zijn in het luisteren naar het onderricht van de Apostelen, vervolgens in de broederlijke gemeenschap, dan in het breken van het brood en tenslotte in het gebed. Zoals ik zei, deze vier karakteristieken zijn ook vandaag nog zuilen voor het leven van elke christengemeenschap en zijn ook het enige stevige fundament voor het zoeken naar de zichtbare eenheid van de Kerk.