Internationale Theologische Commissie - 29 november 1994
Het evangelie van de gekruisigde Jezus laat de solidariteit van Gods liefde met het lijden zien. In de persoon van Jezus van Nazareth krijgen deze heilbrengende liefde van God en zijn solidariteit met ons een historische en fysieke vorm. Kruisiging, een verachtelijke manier van sterven, is ’evangelie’ geworden. Hoewel veel van het Oude Testament de dood als definitief en tragisch ziet, Vgl. Job. 2, 4 Vgl. Pred. 9, 4 Vgl. Jes. 38, 13 Vgl. Ps. 6, 5 Vgl. Ps. 16, 10-11 Vgl. Ps. 73, 27-28 wordt deze visie langzamerhand overwonnen door het opkomende idee van een leven-na-de-dood, H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Roepingenzondag 2002, Roeping tot heiligheid (8 sept 2001) en door Jezus’ leer dat God een God van levenden is, niet van doden. Vgl. Mt. 22, 31-32 Maar het bloedige gebeuren van Calvarië vereiste dat de jonge kerk, zowel voor zichzelf als voor haar zending, de verzoenende werkzaamheid van Jezus’ offerdood aan het kruis verklaarde. Vgl. 1 Kor. 1, 22-25