Internationale Theologische Commissie - 29 november 1994
Het doopsel is het sacrament van de bevrijding van de zonde en de wedergeboorte in de nieuw gekozen vrijheid. Bevrijd van de zonde door Gods genade, die de geloofsreactie opwekt, begint de gelovige aan de weg van het christelijke leven. Via het door de genade gewekte geloof wordt de gelovige bevrijd van de overheersing van het kwaad en wordt hij toevertrouwd aan Jezus Christus, de Meester die innerlijke vrijheid verleent, Dit is geen pure vrijheid die onverschillig iedere mogelijke keuze goedkeurt, maar een vrijheid van geweten die de mensen uitnodigt, verlicht door Christus’ genade, te gehoorzamen aan de diepste wet van hun wezen en de regel van het evangelie te onderhouden.