
H. Paus Paulus VI - 3 september 1965
"Dit is mijn Lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dit tot een gedachtenis aan Mij". Evenzo gaf Hij de beker, na de maaltijd, terwijl Hij sprak: "Deze beker is het Nieuwe Verbond in mijn Bloed, dat voor u wordt vergoten". (Lc. 22, 19-20) Vgl. Mt. 26, 26-28 Vgl. Mc. 14, 22-24Door aan zijn apostelen de opdracht te geven, dit te doen tot gedachtenis aan Hem, wilde Hij, dat dit voortdurend zou worden vernieuwd. De oude Kerk heeft deze opdracht getrouw uitgevoerd door te volharden in de leer van de apostelen en samen te komen voor de viering van het eucharistisch offer. "Zij legden zich ernstig toe", gelijk de H. Lucas het nauwkeurig zegt, "Op de leer van de apostelen en bleven trouw aan het gemeenschappelijk leven en ijverig in het breken van het brood en in het gebed." (Hand. 2, 42) En hierdoor werden de gelovigen vervuld met zulk een vurigheid, dat men van hen kon zeggen: "de menigte, die het geloof had aangenomen, was één van hart en één van ziel". (Hand. 4, 32)