
Mgr. Jacques Suaudeau - 3 november 2000
De verspreiding van aids is de schuld van de Kerk, wordt vaak beweerd. Zij verzet zich tegen het uitdelen van condooms. Mgr. Suaudeau van de Pauselijke Academie voor het Leven tekent tegen deze opvatting fel protest aan en pleit voor een humanisering van de aids-preventie. "We hebben de mens behandeld als een dier dat naar de veearts moest."
Afrika dreigt uit te sterven aan aids. Zeventig procent van alle seropositieven, 23,3 miljoen mensen, leeft in Afrika en zal sterven. De ziekte zal de levensverwachting daar de komende tien jaar terugbrengen tot het niveau van rond de Tweede Wereldoorlog. In 1990 was die levensverwachting 59 jaar, tussen 2005 en 2010 zal dat 45 zijn. Begin dit jaar kwam de VN-Veiligheidsraad bij elkaar om deze ramp te bespreken. Aids is de grootste destabiliserende factor in de Afrikaanse economische en politieke situatie.
De katholieke Kerk blijft hieronder niet onverschillig. Zij heeft vanaf het prille begin klaargestaan met haar ziekenhuizen, behandelingscentra, parochies, de diensten van religieuzen, lokale hulporganisaties voor de zieken. In Afrika was de Kerk altijd koploper in het gevecht. Dat geldt bovenal de edelmoedigheid van veel mensen in de zwaarst getroffen landen. Zij bezoeken aids-patiënten, brengen humanitaire hulp, medische zorg en vaak voedsel en drank. Zij bekommeren zich over arme, uitgemergelde vrouwen die op het randje van de dood zweven, omringd door drie of vier kinderen die in de toekomst niets meer zullen hebben, zelfs geen moeder. Het is bedroevend het openlijke misbaar te vernemen van personen die na een kort bezoek aan enkele Afrikaanse landen de katholieke Kerk 'onverschilligheid' verwijten. De eerste confrontatie met de aids-ramp is verbijsterend. Een schuldige partij is dan snel gevonden.
De katholieke Kerk is vooral gemis aan realiteitszin verweten. De reden daarvoor is haar opstelling bij het gebruik van preventieve middelen. De boodschap van de Kerk hierover is gebaseerd op de "waarde van het gezin". Het is een visie op man en vrouw, op hun waardigheid, over de betekenis en het belang van seksualiteit, zoals beschreven in het document van de Raad. Waar sprake is van echt onderricht in de waarden van het gezin, trouw, echtelijke kuisheid, de ware betekenis van de wederzijdse zelfgave en waar men afziet van de oprukkende vormen van promiscuïteit, zal de mens een humane overwinning behalen. Zelfs over een afschuwelijke fenomeen als aids.
Bij epidemieën moet onderscheid gemaakt worden tussen preventie en indamming. Bij malaria ontwikkelden de preventieve maatregelen zich - vooral bij het bestrijden van de malariamug - tot 'indamming'. Hoewel op papier effectief, bleken ze niet te werken omdat het onmogelijk is alle larven te vernietigen, meren leeg te pompen of mensen ervan te weerhouden van onoverdekte watervoorzieningen gebruik te maken.
Een ander voorbeeld is tyfeuze koorts. De preventie was hier daadkrachtig omdat het lukte mensen te overtuigen voorzichtig te zijn met hun drinkwater. De onwetendheid die tot besmetting leidde, kon gecorrigeerd worden. Mensen mogen niet met aids besmet worden, en dat kan alleen als zij ervan overtuigd worden dat hun seksueel gedrag moet veranderen. Dat is immers de hoofdoorzaak van de verspreiding. Niet eerder zal echte preventie tot stand komen.
Condooms zijn een van de vele manieren om de besmetting met aids te 'in te dammen'. Toch begrijpt iedereen dat 'perfectie' hier niet bestaat. Afgezien van condooms die scheuren of wegglijden - wat altijd kan gebeuren - is het duidelijk dat ze alleen effectief zijn 'als ze goed gebruikt worden'. Om verschillende redenen wordt 'preventie' gelijkgesteld aan 'het juiste gebruik van condooms'. Vreemd genoeg zonder dat hun effectiviteit in de aids-epidemie is aangetoond of überhaupt bewezen kan worden.
Dit uitgangspunt verduistert opzettelijk wat al lang bekend is: de relatieve effectiviteit van voorbehoedsmiddelen. Statistieken tonen aan dat van de 100 seksuele daden met condoom er 15 mislukken. Men wil ons laten geloven dat het HIV-virus, 450 maal kleiner dan spermatozoa, er bijna altijd op magische wijze door kan worden tegengehouden. Het is echter een feit dat spermatozoa in 15 van de 100 voltooide seksuele daden door het latex heendringen. De enige betrouwbare studie over de effectiviteit van condooms tegen aids is die van de Groupe d'Études Européen. Toch kijkt deze studie alleen naar stabiele paren die vrij zijn van het virus en van geslachtsziektes, en naar de Europese situatie waar in ieder geval de seksuele overdraagbaarheid van het virus is ingedamd . Andere statistieken - die voorzichtig geïnterpreteerd moeten worden - laten steeds een mislukkingpercentage van tenminste 10 procent zien (10 mislukkingen op de 100 gebruikte preventieve middelen).
Tenslotte zou de publiciteit over het condoom in de strijd tegen aids wel eens een tegengesteld effect kunnen hebben. Die kan namelijk leiden tot een riskanter seksueel gedrag van mensen omdat ze een misplaatst gevoel van veiligheid hebben. Tot deze recente conclusie kwamen onderzoekers van de London University College Medical School.
Hoe het ook zij, de houding van de Kerk ligt hier niet op het technische gezondheidszorgvlak. Zij gaat tot de humane en antropologische wortel van het probleem. Dat wil zeggen, tot het niveau van respect voor de menselijke seksualiteit, van de waarden die de humane groei van de menselijke soort bepalen. Aids heeft in Afrika zulke proporties aangenomen omdat er bijzondere condities waren: werkeloosheid, armoede, vluchtelingen, burgeroorlogen, corruptie, het gemis aan politiek gezag of gezondheidszorgstructuren, de concentratie van de armen in grote stedelijke zones, de groei van tijdelijke of permanente prostitutie. Bovendien leven veel vrouwen als slaaf van de wil van hun man. Wie weigert, wordt uitgestoten met de meest ernstige sociale consequenties. Dit verklaart waarom vrouwen in Afrika het hardst worden getroffen (12 tot 13 vrouwen voor iedere 10 mannen).
De radicaalste preventie die absoluut werkt en niemand kan ontkennen, is seksuele onthouding voor het huwelijk en echtelijke kuisheid. Dat is de boodschap van de Kerk. Jongeren vragen om condooms te gebruiken, betekent de vicieuze cirkel in stand houden. Die ligt ten grondslag aan de wijdverbreide volksziekte waaronder Afrika gebukt gaat. Het is een illusie om de effectiviteit van aids-bestrijding gelijk te stellen aan het aantal uitgedeelde condooms.
Oeganda lijkt een beter voorbeeld, want men heeft zich daar moeite getroost de epidemie op alle fronten aan te pakken. Daardoor is de kern zelf bereikt. Uit een studie van UNAIDS blijkt dat men vragen stelde over de afname van de epidemie in Oeganda. De verspreiding van Hiv zakte van 45 naar 35 procent bij de onderzochte mannen in Kampala. Bij zwangere vrouwen in Jinja tussen 1990 en 1996, liep het cijfer terug van 21 procent naar vijf. De vragenlijsten tonen aan dat seksueel actieve mannen en vrouwen vaker voorbehoedsmiddelen zijn gaan gebruiken. Maar de factor die de Pauselijke Raad belangrijker acht, is de verandering in seksueel gedrag van jongeren. Zij stellen, zo blijkt, hun eerste seksuele ervaring langer uit en trouwen op een latere leeftijd dan voorheen (56 procent van de jongens tussen de 15 en 19 jaar zei in 1995 geen seksuele relatie te hebben gehad, vergeleken met 31 procent in 1989. 46 Procent van de meisjes zei hetzelfde in 1995, tegen een percentage van 26 procent in 1989). Een andere belangrijke factor is de terugloop van seksuele relaties buiten het huwelijk (van 22.6 procent in 1989 naar 18.1 procent in 1995 voor mannen).
Aan het slot van deze beschouwing moet nog aandacht gegeven worden aan verschillende goede programma's voor jonge mensen. In Oeganda, Tanzania en Nigeria zijn jongeren bij elkaar gebracht door katholieke religieuzen, priesters en leken. Deze groepen wijden zich toe aan het gevecht tegen aids. Ze hebben dan ook de sprekende namen 'Youth Alive' en 'Youth for Life'. In deze informele groepen, die onafhankelijk werken van regering of overheid, worden jongens en meisjes van 16 tot 18 jaar ingezet om de verspreiding van aids onder hun klasgenoten en vrienden tegen te gaan. Ze staan positief tegenover seksuele onthouding voor het huwelijk en een zuivere leefwijze bij getrouwde stellen.
Deze groepen bestaan niet slechts op papier. Wij kregen de gelegenheid ze te ontmoeten en te spreken met jonge mensen die 'normaal' zijn, lachend, gelukkig, geïnteresseerd in muziek en voetbal. Ze houden van het leven maar niet van voorbehoedsmiddelen.
Dit is zonder enige twijfel het model dat gevolgd moet worden: het is zeker niet makkelijk, maar wel menselijk, gebaseerd op geloof en hoop en niet op een stukje latex. Met de miljoenen guldens die worden uitgegeven aan de condoomindustrie, zou veel meer gedaan kunnen worden voor de jongeren in Afrika, voor echt werkende preventie om Hiv en aids de das om te doen.
De katholieke Kerk gelooft in de mogelijkheden van de mens. Zij gelooft dat 'de mens zichzelf oneindig overtreft', zoals Pascal zei. En wel omdat hij gemaakt is naar het beeld van God, omdat "God de man schiep (en de vrouw) naar Zijn eigen beeld" (Gen. 1, 27). Op het gebied van HIV en aids hebben we de mens behandeld als een dier dat naar de veearts moest. Daarbij vergat men de energie die de mens kan opbrengen als hij ergens van overtuigd is.
Het motief van autoriteiten om zoveel mogelijk preventieve middelen uit te delen aan prostituees en klanten, is begrijpelijk. Maar de preventie van aids moet verder gaan. Het moet naar een ander niveau opgetild worden en zal de ware sociale, economische, politieke en morele oorzaken van de epidemie moeten aanpakken. 'Youth Alive' en 'Youth for Life' hebben deze keuze gemaakt. Zij bieden een veelbelovend perspectief voor een continent waarvan de toekomst anders uitzichtloos zou zijn.