1 november 1983
Het zal de taak van het gezin en de opvoeder zijn om voor alles te trachten de factoren te ontdekken die tot homoseksualiteit drijven: zien of het gaat om fysiologische of psychologische factoren, of ze het gevolg is van een verkeerde opvoeding of van het ontbreken van een normale seksuele ontwikkeling, of ze voortkomt uit een aangenomen gewoonte of van uit slechte voorbeelden of andere factoren. Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Over enkele vraagstukken van de seksuele ethiek, Persona humana (29 dec 1975), 8 Bij het zoeken naar de oorzaken van deze ongeregeldheid, zullen het gezin en de opvoeder rekening moeten houden met de beoordelingselementen die voorgesteld zijn door het leergezag en zich moeten bedienen van de bijdrage welke verschillende wetenschappen kunnen bieden. Men moet namelijk elementen van verschillende orde in beschouwing nemen: gebrek aan genegenheid, onvolwassenheid, dwangimpulsen, verleidingen, sociaal isolement, zedenbederf, te grote vrijheid van voorstellingen en publicaties. Aan de basis ligt evenwel de aangeboren zwakheid van de mens als gevolg van de erfzonde; deze kan uitlopen op het verlies van de zin voor God en mens en haar terugslag hebben op het gebied van de seksualiteit. Vgl. Rom. 1, 26-28 Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Over enkele vraagstukken van de seksuele ethiek, Persona humana (29 dec 1975), 9. vgl. bij analogie