
Paus Benedictus XVI - 12 mei 2010
Heilige Vader:
Lieve Vrouw
En Moeder van alle mannen en alle vrouwen,
Zie mij hier als een zoon
Die zijn Moeder komt bezoeken
En het doet in gezelschap
Van een menigte broeders en zusters.
Als opvolger van Petrus
Aan wie de zending toevertrouwd werd
Voor te gaan in de liefdedienst
in de Kerk van Christus
En ieder te bevestigen in het geloof
En de hoop,
Wil ik aan Uw Onbevlekt Hart
De vreugde en hoop aanbieden
Evenals de problemen en het lijden
Van ieder van Uw zonen en dochters
hier aanwezig in de Cova di Iria,
Of van wie ver weg, met ons verenigd zijn.
Zeer beminnelijke Moeder,
Gij kent ieder bij naam,
Met zijn gelaat en geschiedenis,
En voor ieder toont Gij met liefde
Uw moederlijke welwillendheid
Die ontspringt uit het hart zelf van God - Liefde.
Iedereen vertrouw en wijd ik U toe,
Allerheiligste Moeder,
Moeder van God en onze Moeder.
Koor en gelovigen zingen:
Wij zingen en prijzen u, o Maria (v. 1)
Heilige Vader:
De Eerbiedwaardige Paus Johannes Paulus II,
Die U hier in Fatima drie keer bezocht heeft,
En de “onzichtbare hand” gedankt heeft
Die hem voor de dood gespaard heeft
Bij de aanslag van dertien mei,
Op het Sint-Pietersplein, bijna dertig jaar geleden,
Heeft aan het heiligdom van Fatima
Een kogel willen geven die hem zwaar gekwetst had
En die geplaatst werd in Uw kroon van Koningin van de Vrede.
Het is voor ons een diepe troost
Te weten dat Gij gekroond zijt
Niet alleen met het zilver
En goud van onze vreugde en hoop,
Maar ook met het projectiel dat
Onze bezorgdheid en ons leed symboliseert.
Ik dank U, veelgeliefde Moeder,
Voor de gebeden en de offers
Die de jonge herders
Van Fatima voor de Paus gedaan hebben,
Geleid door de gevoelens
Die Gij hun tijdens de verschijningen had ingegeven.
Ik dank ook iedereen die,
Dagelijks,
Voor de opvolger van Petrus
En zijn intenties bidt
Opdat de Paus sterk zou zijn in het geloof,
Moedig in de hoop en vurig in de liefde.
Koor en gelovigen zingen:
Wij zingen en prijzen u, o Maria (v. 2)
Heilige Vader:
Veelgeliefde Moeder van ons allen,
Ik leg hier, in Uw heiligdom van Fatima, de Gouden Roos
Die ik uit Rome heb meegebracht
Als dankbetuiging vanwege de Paus
Voor de wondere daden die de Almachtige
Door U voltrokken heeft
In het hart van vele pelgrims
Die naar hier komen in dit huis dat het Uwe is.
Ik ben zeker dat de herders van Fatima
De zalige Francesco en Jacinta
En de Dienares Gods Lucia van Jezus
Ons in dit uur van smeking en jubel vergezellen.
Koor en gelovigen zingen:
Wij zingen en prijzen u, o Maria (v. 3)