Joseph Kardinaal Ratzinger - 18 mei 2001
Met deze brief, verzonden per mandaat van de Paus aan alle bisschoppen van de katholieke Kerk, aan de algemene oversten van clericale, religieuze instituten van pauselijk recht en van gemeenschappen van clericaal, apostolisch leven van pauselijk recht en aan andere, belanghebbende ordinari en oversten, is het niet enkel de wens dat de meest zware delicten helemaal vermeden worden maar vooral dat, omwille van de heiligheid van de clerus en van de gelovigen, welke ook door middel van noodzakelijke sancties dient bevorderd te worden, van de kant van de ordinari en oversten er een innige, pastorale zorg zal plaatsvinden.
Rome, vanuit de Congregatie voor de Geloofsleer 18 mei 2001
Joseph Kardinaal Ratzinger,
Prefect
Tarcisius Bertone S.D.B.,
Secretaris