H. Paus Johannes Paulus II - 16 september 1987
De 'verticale dimensie' van de kerkelijke gemeenschap is van diepe betekenis om de verhouding van de particuliere kerken tot de universele kerk te verstaan. Het is van belang een louter sociologische kijk op deze verhouding te vermijden. 'In en door hen (de particuliere kerken) bestaat de éne en enige katholieke kerk' 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 23, maar deze universele kerk mag niet worden begrepen als de som van particuliere kerken, of als een federatie van particuliere kerken.
In de viering van de eucharistie treden deze beginselen volledig op de voorgrond. Want zoals het conciliedocument over de liturgie vermeldt: 'De kerk wordt het meest zichtbaar in het voltallig en actief deelnemen van heel het heilige volk van God aan dezelfde liturgische vieringen, vooral aan dezelfde eucharistie, aan het éne gebed, aan het éne altaar met aan het hoofd de bisschop, omringd door zijn priesterschaar en zijn altaardienaren'. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 41 Overal waar een gemeenschap bijeenkomt rond het altaar onder leiding van de bediening van de bisschop, daar is Christus aanwezig en daar is, vanwege Christus, de éne, heilige, katholieke en apostolische kerk samen vergaderd. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 26
De katholieke kerk bestaat zelf in elke particuliere kerk, welke alleen werkelijk volledig kan zijn door daadwerkelijke gemeenschap in geloof, sacramenten en eenheid met het hele lichaam van Christus. Vorig jaar november behandelde ik in mijn brief aan u tijdens uw bijeenkomst in Washington nogal uitvoerig dit aspect van de gemeenschap. Toen schreef ik:
'Het hele mysterie van de kerk zet ons aan te erkennen, dat de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk aanwezig is in elke particuliere kerk over heel de wereld. En daar de opvolger van Petrus voor heel de kerk is aangesteld als herder en als plaatsbekleder van Christus 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 22, zijn alle particuliere kerken - juist omdat zij katholiek zijn, juist omdat zij in zichzelf het mysterie van de universele kerk belichamen - geroepen in gemeenschap met hem te leven.'
Onze eigen verhouding van kerkelijke gemeenschap - collegialitas effectiva et affectiva - wordt in hetzelfde mysterie van de kerk ontdekt. Juist omdat u herders bent van particuliere kerken, waarin de volheid van de universele kerk bestaat, bent u, en moet u altijd zijn, in volle gemeenschap met de opvolger van Petrus. Uw bediening erkennen als
'plaatsvervangers en afgezanten van Christus' voor uw particuliere kerken 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 20, is des te duidelijker de bediening begrijpen van de zetel van Petrus, welke 'het voorzitterschap over heel de liefdesgemeenschap waarneemt, de rechtmatige verscheidenheid beschermt en er tevens voor zorgt, dat het bijzondere de eenheid niet zou schaden, maar veeleer bevorderen'. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 13' H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Aan de Bisschoppen van de Verenigde Staten (4 nov 1986), 1