
Paus Pius XII - 8 september 1951
Hierbij begreep Eutyches niet, dat vóór de vereniging de menselijke natuur van Christus in het geheel niet bestaan heeft, omdat deze pas begon te bestaan juist op het ogenblik van Zijn ontvangenis, en dat het verder ongerijmd is te menen, dat na de vereniging de twee naturen tot één enkele natuur samensmelten, omdat twee werkelijke en precies bepaalde naturen onmogelijk tot één kunnen samenvloeien, te meer omdat de goddelijke natuur oneindig en onveranderlijk is.