Als het Doopsel niet door de pastoor noch in zijn tegenwoordigheid toegediend is, moet de bedienaar van het Doopsel, wie hij ook is, de pastoor van de parochie waar het Doopsel toegediend is, op de hoogte brengen van het toedienen van het Doopsel, opdat deze het Doopsel registreert volgens can. 877, § 1.