HAURIETIS AQUAS IN GAUDIOOver de verering van het Allerheiligst Hart van Jezus
(Soort document: Paus Pius XII - Encycliek)
Paus Pius XII -
15 mei 1956
Voor Hij het laatste avondmaal at met zijn leerlingen, gaf Onze Heer, Die wist dat Hij het sacrament ging instellen van Zijn lichaam en zijn bloed, waarvan het vergieten het Nieuwe Verbond bezegelen zou, met deze woorden aan Zijn Apostelen de hevige aandoening, waardoor Zijn Hart werd gegrepen, te kennen: "
Vurig heb Ik verlangd dit Paasmaal met u te eten, voor Ik ga lijden" (
Lc. 22, 15). En zonder twijfel werden deze bewegingen nog heviger, toen Hij "
het brood nemend, dankzegde, het brak en gaf aan Zijn leerlingen en sprak: Dit is Mijn lichaam, dat voor u wordt gegeven. Doet dit ter mijner gedachtenis. En zo nam Hij ook na het maal de kelk en zeide: Deze kelk is het Nieuwe Verbond in Mijn bloed, dat voor u zal worden vergo- ten" (
Lc. 22, 19-20).
Wij zeiden reeds, dat Maria, de verheven moeder Gods en ook onze lieve moeder eveneens een allerkostbaarst geschenk is van het Allerheiligst Hart. Zij, die de moeder was van onze Verlosser naar zijn mensheid en Zijn gezellin bij Zijn taak de kinderen van Eva terug te roepen tot het leven der goddelijke genade, werd ook met recht gehuldigd als geestelijke moeder van heel het menselijk geslacht.
St. Augustinus schrijft hieromtrent over haar "Waarlijk zij is moeder der ledematen van de Zaligmaker, dus van ons, omdat zij door haar liefde heeft medegeholpen, dat de gelovigen, dit zijn de ledematen van Christus, het Hoofd, in de Kerk zouden worden geboren" H. Augustinus, Over de heilige maagdelijkheid, De sancta Virginitate. VI: PL. 399
Aan het onbloedig geven van Zichzelf onder de gedaante van brood en wijn wilde onze Zaligmaker Jezus Christus, als het grootste bewijs van Zijn innige en oneindige liefde, het bloedig kruisoffer toevoegen. Door deze handelwijze gaf Hij het voorbeeld van die verheven liefde, die Hij zelf aan Zijn leerlingen als de uiterste mogelijkheid had voorgehouden: "
Niemand heeft groter liefde, dan Hij die zijn leven geeft voor zijn vrienden" (
Joh. 15, 13). Daarom openbaart ook de liefde van Gods Zoon Jezus Christus door het offer van Golgotha op oniniskenbaar duidelijke wijze de liefde van God Zelf: "
Hieraan herkennen wij de liefde Gods, dat Hij d.i. Christus Zijn leven voor ons gegeven heeft en daarom moeten ook wij ons leven voor onze broeders geven." (
1 Joh. 3, 16). Waarlijk onze goddelijke Verlosser is veeleer door liefde dan door de kracht der beulen aan het kruis gehecht en juist Zijn vrijwillige opoffering is de hoogste liefdegave, die Hij aan ieder afzonderlijk geeft naar het kernachtig woord van de Apostel: "
Hij heeft mij bemind en Zich daarom voor mij overgeleverd" (
Gal. 2, 20).