Paus Pius XII - 15 mei 1956
Wij worden vervuld van dankbaarheid en blijdschap, als Wij tot Onze vertroosting het wonderbaar schouwspel zien van de verbreiding en vurigheid van de godsvrucht tot het Allerheiligst Hart onder alle rangen der gelovigen. Daarom kunnen Wij niet nalaten, na eerst onze Verlosser, de schatkamer van eindeloze goedheid, bedankt te hebben, ook allen, geestelijken en leken, die tot de verbreiding van deze verering actief hebben bijgedragen, als Vader van harte geluk te wensen.