Paus Pius XII - 15 mei 1956
Voor Wij dit geschrift beëindigen, waarin Wij u veel schoons en troostvols over de ware aard van deze verering en haar voortreffelijkheid voor het christelijke leven hebben voorgelegd, houden Wij het in het bewustzijn van Ons Apostolisch ambt, dat voor het eerst aan de H. Petrus werd toevertrouwd na zijn drievoudige liefdesbetuiging voor Christus, voor passend u, Eerbiedwaardige Broeders, en door u alle geliefde kinderen, die Wij bezitten in Christus, nogmaals aan te sporen, deze aantrekkelijke vorm van godsverering met nog grotere toeleg te bevorderen. Want Wij vertrouwen, dat daaruit ook voor onze tijd groot nut zal voortkomen.