Pauselijke Raad voor het Gezin - 12 februari 1997
Hieruit komen de vreugde van de Christen en zijn achting voor vaderschap en moederschap voort. Dit ouderschap wordt in recente documenten van de kerk verantwoord genoemd om het bewustzijn en de edelmoedigheid van de echtgenoten te benadrukken met betrekking tot hun opdracht om het leven door te geven, dat eeuwigheidswaarde in zich heeft, en aandacht te vragen voor hun rol als opvoeders. Het is zeker een plicht van echtparen - die wat dat aangaat geschikte raad zouden moeten inwinnen - diepgaand in een geest van geloof over de grootte van hun gezin te overleggen en te besluiten tot de concrete wijze om die te verwezenlijken met eerbied voor de morele criteria van het huwelijksleven. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 51 H. Paus Paulus VI, Encycliek, Het menselijk leven en geboorteregelingen, Humanae Vitae (25 juli 1968), 10