• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

GOD: VOLHEID VAN LEVEN EN VOLMAAKTHEID
26e catechese over de Geloofsbelijdenis

"God is geest": dat zijn de woorden van Onze Heer Jezus Christus zelf tot de Samaritaanse tijdens hun gesprek bij de put van Jakob te Sichar.

Met die woorden als uitgangspunt zullen we de catechese voortzetten, om zo meer inzicht te krijgen in de eerste waarheid van het symbolum: "Ik geloof in God". We verwijzen vooral naar de leer van het Eerste Vaticaans Concilie, met name het eerste hoofdstuk van de Constitutie 1e Vaticaans Concilie
Dei Filius
3e Zitting - Dogmatische Constitutie over het Katholieke Geloof
(24 april 1870)
: "God, Schepper van alle dingen". Deze God heeft zichzelf geopenbaard "toen Hij gesproken heeft door de profeten"; Hij heeft op het einde der tijden "tot ons gesproken door de Zoon" (Heb. 1, 1). Als Schepper van de wereld "onderscheidt Hij zich essentieel van de wereld die Hij geschapen heeft". Hij is de Eeuwigheid, zoals wij in ons vorig onderricht hebben uiteengezet: want al het geschapene is onderhevig aan tijd en verandering.

Omdat de God van ons geloof de Eeuwigheid is, is Hij ook de volheid van leven, als zodanig onderscheidt Hij zich van alles wat in de zichtbare wereld leeft. Het gaat om een 'Leven' dat moet begrepen worden in een verhevener betekenis dan het kan worden uitgedrukt met de woorden "God die geest is", God die zuiver geest is, zodat Hij oneindig is en onzichtbaar, zoals het Eerste Vaticaans Concilie leert. In Hem is er niets dat kan gemeten worden met criteria van de geschapen en zichtbare wereld of met criteria van tijd, die het ritme aangeeft van het menselijk leven, want God staat boven de stof. Hij is geheel 'geestelijk'. Maar het geest-zijn van zijn goddelijk Wezen beperkt zich niet tot wat wij kunnen vaststellen via de weg van de negatie: d.w.z alleen met het begrip onlichamelijkheid. Wij komen er ook niet dichterbij via de weg van de affirmatie, doordat wij weten dat het geestelijk karakter een attribuut is van zijn Zijn; want Jezus van Nazaret zei tot de Samaritaanse: "God is geest" (Joh. 4, 24).
De tekst van het Eerste Vaticaans Concilie waarop we ons beroepen, bevestigt met twee fundamentele verklaringen de leer over God zoals die door de Kerk wordt beleden en verkondigd: "God is een enige onstoffelijke zelfstandigheid, geheel enkelvoudig en onveranderlijk" 1e Vaticaans Concilie, 3e Zitting - Dogmatische Constitutie over het Katholieke Geloof, Dei Filius (24 apr 1870). 2; en verder: "God is oneindig in verstand, wil en alle volmaaktheid" 1e Vaticaans Concilie, 3e Zitting - Dogmatische Constitutie over het Katholieke Geloof, Dei Filius (24 apr 1870), 2.

De leer over het geestelijk karakter van het goddelijk Zijn, ons door de Openbaring overgeleverd, werd in die tekst duidelijk omschreven in de 'terminologie van het zijn'. Dat komt duidelijk tot uiting in de formulering 'geestelijke zelfstandigheid'. Het woord 'zelfstandigheid' behoort in feite tot de taal van de filosofie van het zijn. De Concilietekst wil met die zin bevestigen dat God, die zich door zijn Wezen zelf van heel de geschapen wereld onderscheidt, niet alleen een zelfstandig bestaand Zijn is maar ook een zelfstandig bestaande Geest. Het goddelijk Zijn is door zijn wezen zelf totaal geestelijk.

Geest-zijn houdt in: verstand en vrije wil. God is Verstand, Wil en Vrijheid in een oneindige graad; Hij is ook geheel volmaaktheid in een oneindige graad.

Die waarheid Over God wordt zeer dikwijls bevestigd door gegevens uit de Openbaring, die we vinden in de H. Schrift en de Traditie. Voor het ogenblik kunnen we volstaan met het aanhalen van enkele verzen uit de Bijbel, die het Verstand van het oneindig volmaakt goddelijk Wezen in het licht stellen. De volgende catechesen zullen gewijd zijn aan de oneindige Vrijheid en Wil van God.

Om te beginnen komt ons de prachtige uitroep van Sint-Paulus in de Brief aan de christenen te Rome voor de geest: "0 onpeilbare rijkdom van Gods wijsheid en kennis! Hoe ondoorgrondelijk zijn zijn beslissingen, hoe onnaspeurlijk zijn wegen! Wie kent de gedachten des Heren?" (Rom. 11, 33-34). De woorden van de apostel zijn als de machtige echo van de leer in de Wijsheidsboeken van het Oude Testament. "Zijn inzicht (dat van de Heer) is ongemeten" (Ps. 147, 5), wordt gezegd in Psalm 147,5. Gods grootheid is in de hoogste mate met zijn Wijsheid verbonden: "Groot is de Heer, hoog te loven, nooit is te doorgronden zijn grootheid" (Ps. 145, 3). "Men doet er niets van af, men voegt er niets aan toe: de wonderdaden van de Heer zijn niet te doorgronden. Als een mens ophoudt met denken, staat hij nauwelijks aan het begin; als hij ermee ophoudt, ziet hij nog geen uitweg" (Sir. 18, 6-7). Van God - de Wijsheid - kan gezegd worden: "Waar vinden wij de kracht om Hem te verheerlijken? Want Hij is groter dan al zijn werken" (Sir. 43, 28); en als besluit: "Hij is het al" (Sir. 43, 27).

Terwijl de auteurs van de Wijsheidsboeken in de derde persoon - Hem - over God spreken, gebruikt de profeet Jesaja de eerste persoon: Ik. Hij laat God, die hem inspireert, zeggen: "Want zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo gaan mijn wegen uw wegen te boven, en mijn gedachten uw gedachten" (Jes. 55, 9)

Door de 'gedachten' van God en door zijn 'kennis en wijsheid' wordt de oneindige volmaaktheid van zijn Wezen uitgedrukt: door zijn oneindig Verstand staat God op onvergelijkelijke wijze boven alles wat buiten Hem is. Geen enkel schepsel en vooral geen mens kan die volmaaktheid loochenen. "O mens, wie zijt gij, dat gij God wilt weerspreken? Zegt het beeld soms tot zijn boetseerder: 'Waarom hebt gij mij zo gemaakt?' Staat het de pottenbakker niet vrij, van dezelfde klomp leem zowel iets kostbaars te maken als een voorwerp voor alledaags gebruik?", vraagt Paulus (Rom. 9, 20). Die manier van denken en spreken komt uit het Oude Testament. Gelijkaardige vragen en antwoorden vindt men bij Jesaja Vgl. Jes. 29, 15 Vgl. Jes. 45, 9-11 en in het boek Job Vgl. Job 2, 9-10 Vgl. Job 1, 21 . Het boek Deuteronomium op zijn beurt verkondigt: "Brengt hulde aan onze God! Hij is de rots, wat Hij doet is volmaakt, al zijn wegen zijn recht; een God van trouw, zonder onrecht, rechtvaardig is Hij en waarachtig" (Deut. 32, 3-4). De lofzang op de oneindige volmaaktheid van God is niet alleen een erkennen van zijn Wijsheid, maar ook van zijn rechtvaardigheid en waarachtigheid, d.w.z. van zijn morele volmaaktheid.
In de Bergrede spoort Jezus Christus ons aan: "Weest dus volmaakt, zoals uw Vader in de hemel volmaakt is" (Mt. 5, 43). Die oproep is tevens een uitnodiging om te belijden: God is volmaakt! Hij is "oneindig volmaakt" (Vaticanum I).

De oneindige volmaaktheid van God blijkt voortdurend uit de leer van Jezus Christus. Hij die tot de Samaritaanse zei: "God is geest en wie Hem aanbidden, moeten Hem in geest en waarheid aanbidden" (Joh. 4, 24), drukte zich op een treffende wijze uit tegenover de jongeling die tot Hem zei: "Goede Meester "; Hij antwoordde namelijk: "Waarom noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan God alleen" (Mc. 10, 18).

God alleen is goed en die goedheid bezit Hij op een oneindige wijze. God is de volheid van al het goede. Zoals Hij 'Is' in de gehele volheid van het Zijn, op dezelfde wijze "is Hij goed" in de gehele volheid van het goede. Die volheid van het goede beantwoordt aan de oneindige volmaaktheid van zijn Wil, zoals de oneindige volmaaktheid van zijn Verstand en van zijn Intelligentie beantwoordt aan de absolute volheid van de Waarheid, die blijvend in Hem is, als het ware identiek aan zijn 'Kennen' en 'Zijn'. GGd is een oneindig volmaakte geest, en het is daarom dat zij die Hem kennen zijn ware aanbidders worden: zij aanbidden Hem in geest en waarheid.

God, het oneindig Goed, Hij die de absolute volheid van Waarheid is "Est diffusivum sui" H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. I, q. 5, a. 4, ad 2. Ook hierin heeft God zichzelf geopenbaard: de Openbaring is het Goede zelf dat zich meedeelt als waarheid.

Deze God die zichzelf heeft geopenbaard, verlangt zich op een onvergelijkelijke en onuitsprekelijke wijze mee te delen!

Hij is de God van het Verbond en van de Genade.

Document

Naam: GOD: VOLHEID VAN LEVEN EN VOLMAAKTHEID
26e catechese over de Geloofsbelijdenis
Soort: H. Paus Johannes Paulus II - Audiƫntie
Auteur: H. Paus Johannes Paulus II
Datum: 11 september 1985
Copyrights: © 1992, Centrum voor Katholiek Vormingswerk, Lanklaar
Bewerkt: 7 november 2019

Referenties naar dit document

 
Geen documenten gevonden!
 
Geen berichten gevonden!

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test